De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst heeft de vraag beantwoord op welke wijze het werkelijke rendement van bezittingen en schulden van een kind dat gedurende het belastingjaar meerderjarig wordt, moet worden toegerekend aan de ouder(s) in het kader van de tegenbewijsregeling box 3.
Dit besluit regelt dat de Wet tegenbewijsregeling box 3 in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.
De Eerste Kamer debatteerde maandag 7 juli over de Wet tegenbewijsregeling box 3. Vervolgens heeft de senaat op dinsdag 8 juli het wetsvoorstel aangenomen.
Transacties met crypto zijn straks meer in beeld bij de Belastingdienst. Vanaf 1 januari 2026 worden crypto-aanbieders verplicht om gegevens van hun gebruikers te verzamelen, controleren en delen met de Belastingdienst.
Nadat de Hoge Raad op 24 december 2021 de forfaitaire box 3-belasting onwettig verklaarde, moest in allerijl een Overbruggingswet box 3 worden opgetuigd. Uiteindelijk moet een Wet werkelijk rendement box 3 de juridische bezwaren geheel wegnemen. Helaas bleek ook de Overbruggingswet onrechtmatig. De Hoge Raad bepaalde opnieuw dat alleen het 'werkelijk rendement' belast mag worden. Wat precies 'werkelijk rendement' is, zal altijd voer voor discussie blijven. Maar het betekent vooralsnog dat alle belastingplichtigen de mogelijkheid moeten krijgen om aan te tonen dat hun werkelijke rendement lager was dan het belaste rendement. Vanaf begin juli 2025 krijgen belastingplichtigen deze mogelijkheid. Daarvoor is de Wet tegenbewijsregeling box 3 aangenomen door de Tweede Kamer.
Op donderdag 12 juni 2025 heeft de Tweede Kamer ingestemd met het wetsvoorstel Wet tegenbewijsregeling box 3.
Het wetsvoorstel is voor het grootste deel een codificatie van de arresten van de Hoge Raad van 6 juni 2024.
Staatssecretaris Tjebbe van Oostenbruggen heeft de Wet werkelijk rendement box 3 aangeboden aan de Tweede Kamer. Met dit wetsvoorstel betalen belastingplichtigen alleen belasting over wat zij daadwerkelijk hebben verdiend met hun vermogen in box 3.
Staatssecretaris Van Oostenbruggen informeerde de Tweede Kamer over de verschillende eventuele opties bij de voorgenomen verhoging van het forfait op overige bezittingen in de jaren tot de beoogde invoering van het stelsel op basis van werkelijk rendement per 1 januari 2028.
Het kabinet diende het wetsvoorstel tegenbewijsregeling box 3 in bij de Tweede Kamer. Met de tegenbewijsregeling biedt het kabinet aanvullend rechtsherstel in box 3, zoals geoordeeld door de Hoge Raad. Belastingplichtigen krijgen de mogelijkheid om het werkelijk behaalde rendement aan te tonen.
Op grond van artikel 10.6ter van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Wet IB 2001) worden de forfaitaire rendementspercentages in box 3 voor de categorieën banktegoeden en schulden na afloop van het kalenderjaar met terugwerkende kracht tot en met het begin van het kalenderjaar vervangen door een bij ministeriële regeling vastgesteld percentage.
De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst heeft de vraag beantwoord op welke wijze een depositofonds voor uitvaartgelden in aanmerking moet worden genomen in box 3.
Het wetsvoorstel waarover de Afdeling advisering nu advies heeft uitgebracht, neemt de vuistregels van de Hoge Raad over in een tegenbewijsregeling. Daarmee krijgen belastingplichtigen de mogelijkheid hun werkelijke rendement aannemelijk te maken. Als dit rendement lager is dan hun forfaitaire rendement, wordt dit lagere rendement in aanmerking genomen. De tegenbewijsregeling is een tijdelijke regeling die geldt tot de invoering van een nieuw box 3-systeem.
Staatssecretaris Van Oostenbruggen stuurde de Tweede Kamer de antwoorden op de feitelijke vragen (86 stuks) over de stand van zaken van het wetsvoorstel werkelijk rendement box 3. De vaste commissie voor Financiën heeft de vragen gesteld. Hier onder een selectie uit deze vragen.
In een Kamerbrief geeft staatssecretaris T. van Oostenbruggen aan dat de voorgestelde Wet werkelijk rendement box 3 alles afwegende als beste optie ziet.
Het vraagstuk van de individuele en buitensporige last ontwikkelt zich in de jurisprudentie. Dit standpunt geeft de stand van zaken tot de publicatiedatum met betrekking tot dit vraagstuk en beperkt zich tot de individuele en buitensporige last in relatie tot box 3.
Ook ongerealiseerde waardeveranderingen van een onroerende zaak tellen mee voor de berekening van het werkelijke rendement in box 3. De Hoge Raad geeft hierover in zijn uitspraak nadere regels.
Op 17 december 2024 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de wetsvoorstellen in het pakket Belastingplan 2025. De wet treedt pas in werking als de Koning deze heeft goedgekeurd en de wet ook is gepubliceerd. Vooruitlopend op de goedkeuring door de Koning en publicatie van de wetten, geeft het ministerie van Financiën in dit bericht een overzicht van de belangrijkste wijzigingen in de belastingen per 2025.
Volgens uitspraken van de Hoge Raad is het belasten van fictief rendement over vermogen in box 3 in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De Belastingdienst moet het werkelijk rendement op vermogen belasten en – als dit lager is dan het fictieve rendement – de te veel betaalde belasting terugbetalen. Belastingplichtigen met vermogen in box 3 kunnen hun werkelijk rendement vanaf de zomer 2025 doorgeven.
U krijgt vanaf oktober 2024 een brief van de Belastingdienst als u in aanmerking komt voor het doorgeven van uw werkelijk rendement in box 3 over 1 of meerdere jaren. In deze brief staat nog niet voor welke jaren u het werkelijk rendement mag doorgeven.
Staatssecretaris Idsinga bood de Eerste Kamer zijn antwoorden aan op vragen over de stand van zaken rondom het wetsvoorstel om te komen een Wet werkelijk rendement box 3.
Belastingplichtigen die in aanmerking komen voor het doorgeven van hun werkelijk rendement ontvangen tussen half oktober en begin november 2024 een brief van de Belastingdienst. In de brief staat meer informatie over het aanvullende herstel en het formulier Opgaaf werkelijk rendement.
Staatssecretaris Idsinga informeerde de Eerste en Tweede Kamer over de stand van zaken van het rechtsherstel box 3. De brief geeft informatie over voorbereidingen door de Belastingdienst van conceptwetgeving voor het rechtsherstel, over de geschatte budgettaire gevolgen en over het vervolgproces.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg toegang tot de Kennisbank, Helpdesk en AI assistant.