De Kennisgroep onroerende zaken heeft een vraag beantwoord over de renteaftrektermijn in een situatie waarin een eigenwoningschuld in de periode van 2001 tot en met 2012 is afgelost, vervolgens een eigenwoningschuld wordt aangegaan voor de verbouwing, de woning wordt verkocht en een nieuwe woning wordt aangekocht.
Bij beschikking van 19 februari 2014 van deze rechtbank is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken. De beschikking is op 4 maart 2014 ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. Ter verdeling van de huwelijksgemeenschap is een concept-convenant opgesteld. In dit convenant is voor zover van belang het volgende opgenomen:
Dit besluit bevat goedkeuringen waardoor een eigenwoningschuld die onder de fiscale aflossingseis valt, blijft behoren tot de eigenwoningschuld als met de geldverstrekker een betaalpauze voor rente en aflossing wordt overeengekomen vanwege (dreigende) betalingsproblemen als gevolg van de uitbraak van het coronavirus en de daardoor ontstane aflossingsachterstand op een andere wijze dan waarin wettelijk is voorzien, wordt ingehaald.
Consument en zijn ex-echtgenote zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de in 2011 afgesloten hypothecaire geldlening. Consument heeft in 2018 de Bank verzocht om zijn ex-echtgenote uit de hoofdelijke aansprakelijkheid te ontslaan. De Bank heeft hiervoor als voorwaarde gesteld dat, als gevolg van de gewijzigde fiscale wetgeving, de helft van de leensom naar een annuïtaire leenvorm moet worden omgezet.
In een aantal nieuwsbrieven zullen we bij de ‘draagplichtovereenkomst’ stilstaan. Aan de hand van een aantal casussen worden de 'pijnpunten' rondom een draagplichtovereenkomst weergegeven. Ook zullen we met een 'leidraad' voor notarissen komen, zodat de (hypotheek)adviseur de consument kan doorverwijzen naar de notaris.
De betaalbaarheid van koopwoningen is zeer gunstig en in de afgelopen jaren ook sterk verbeterd. Door de gedaalde rente zijn de woonlasten voor kopers zelfs in drukgebieden zeer gunstig. De financierbaarheid van de koopwoning staat echter van alle kanten onder druk. Met name de starters betalen de prijs van strenge inkomensnormen die geen rekening houden met normale loopbaanperspectieven en met de eis om steeds meer eigen geld te moeten investeren in de woning. De positie van de starter op de hypotheekmarkt is met eenvoudige maatregelen te verbeteren, maar deze komen niet of nauwelijks aan bod in de verkiezingsprogramma’s van de politieke partijen.
Dit concludeert het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in de verschenen studie ‘Woningmarktbeleid in de komende regeerperiode’, een verkenning van beleidsmaatregelen aan de hand van verkiezingsprogramma’s
De vaste commissie voor Financiën heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Financiën over de brief van 20 september 2016 inzake de Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën.
Hieronder een beknopte selectie uit maar liefst 126 vragen op het gebied van o.a. de woningmarkt (hypotheekrente en LTV) en fiscaliteit.
Voor leningen waar een aflossingsverplichting (BP2013) geldt, kunnen tijdens de looptijd mutaties optreden, of is sprake van een eerste melding.
'Familiehypotheken / BV leningen', niet zijnde reguliere bankhypotheken die in 2013 / 2014 of 2015 zijn afgesloten, hebben een 'meldingsplicht'.
Welke datum kan dan maximaal aangehouden worden? 31 januari a.s., 31 december of een andere datum?
Wat wordt de nieuwe restantduur bij een extra aflossing op een annuïteitenhypotheek, waarbij de wens van de klant is het (huidige) termijnbedrag ongewijzigd te laten?
Waarom wordt een restschuld soms als box 1 behandeld en soms als box 3 door geldverstrekkers? En is het verplicht om af te lossen op een (onderhandse) restschuldfinanciering?
Wij hebben de Kennisgroep van de Belastingdienst de volgende vraag voorgelegd:
Een hypotheekrelatie van ons zit met de volgende casus.
- Eigen woning, Box 1, € 100.000 (gemakshalve sinds 1 januari 2001);
- Deze woning is tijdelijk verhuurd sinds 1 juni 2012 (woning / hypotheek naar box 3), in afwachting van verkoop;
- Relatie koopt in 2013 een andere woning, oude woning is nog steeds verhuurd / nog niet verkocht.
Letterlijk heeft relatie op 31 december 2012 geen eigenwoningschuld – op grond van artikel 10bis.1.
Dit besluit beschrijft in welke gevallen de Belastingdienst het standpunt zal innemen dat sprake is van een afzonderlijke schuld ondanks dat er een bepaalde samenhang is met een andere schuld.
Tevens wordt in een Kamerbrief nader uitleg gegeven over de 'Blok'-variant.
De nieuwe hypotheken waarbij starters in de eerste jaren lagere maandlasten hebben door extra bij te lenen, is slechts een 'optie'. Dat zegt minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken.
Alleen hypotheekvormen (annuïtair / lineair) waarbij de huiseigenaren de lening voor hun huis maandelijks daadwerkelijk aflossen, zullen renteaftrek behouden. Alle andere hypotheken vallen dan buiten de aftrekregeling. Dit geldt voor iedereen die na 1 januari een nieuwe hypotheek afsluit. Dit volgens De Volkskrant op basis van het nog vertrouwelijke Belastingplan 2013.
De afspraken in het Lenteakkoord leiden tot een structurele daling van de huizenprijs tot maximaal 9 procent. Dat komt door de maatregelen die de hypotheekverlening beperken. Dat blijkt uit een analyse van De Nederlandsche Bank (DNB).
Volgens De Hypotheker biedt zij vanaf vanaf half augustus een annuïteitenhypotheek met zeer lage rente aan van de Volksbank Emmerich-Rees eG. Dit gebeurt via de distributiepartner van de Volksbank in Nederland, Smartfee. Het gaat vooralsnog om een exclusieve pilot met 16 vestigingen, vooruitlopend op een structurele samenwerking.
Een derde van de Nederlandse huishoudens kiest bij een nieuwe woning voor het afsluiten van een volledige hypotheek. Dat blijkt uit onderzoek van USP Marketing Consultancy. Onder de huidige wetgeving gaat slechts 14 procent voor een annuïteitenhypotheek, de hypotheekvorm die, bij uitvoering van het Lenteakkoord, recht op renteaftrek geeft.
Met bijgaand rekenmodel kunt u snel laten zien wat de financiële nadelen zijn bij het alleen toestaan van rente aftrek op basis van annuïteiten. Er kan een vergelijking gemaakt worden tussen een bankspaarhypotheek en een annuïteitenhypotheek. Tevens is direct inzichtelijk - indien aflossingsvrij / annuïteiten met elkaar vergeleken wordt – wat de verminderde belastingteruggave is.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.