Neem nu een abonnement op Fintool.nl
De betrouwbare vraagbaak voor financiƫle dienstverleners.
Abonneren Bekijk alle diensten
21 mrt 2023 Nieuws

Beroepsaansprakelijkheid assurantietussenpersoon

In deze zaak gaat het om de vraag of sprake is van een beroepsfout van een verzekeringsadviseur, omdat deze onvoldoende zou hebben onderzocht of de afgesloten bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering (nog) voldeed aan de behoeftes van de verzekerde.
  • Dagelijkse e-mail nieuwsbrief
  • Kennisbank met 1000+ artikelen
  • Rekenmodellen en downloads
  • Persoonlijk archief
  • Inclusief Permanent Actueel module!!

De gemeente Maassluis (verder: de Gemeente) is verantwoordelijk voor de bediening van de Spoorbrug en de Koepaardbrug in Maassluis. De Gemeente heeft een brugwachter in vaste dienst. Sinds omstreeks 2017 besteedt de Gemeente indien de vaste brugwachter niet werkt, de bediening van de brug uit aan N.

N. drijft een particulier beveiligingsbedrijf. Zij had via haar toenmalige assurantietussenpersoon een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering afgesloten bij A. Op het polisvoorblad is als hoofdactiviteit vermeld: “beveiliging en opsporing”.

Op 7 december 2018 was een medewerker van N. belast met de bediening van genoemde bruggen, toen zich een incident heeft voorgedaan. De medewerker heeft de Spoorbrug bij het passeren van het binnenvaartschip de Diantho van Diantho vof te snel gesloten, waardoor schade is ontstaan aan de stuurhut. Diantho vof heeft zowel de Gemeente als N. voor die schade aansprakelijk gesteld.

Rechtbank

De rechtbank overwoog daartoe – voor zover hier relevant – dat de brugbedieningswerkzaamheden niet onder de dekking van de AVB-polis vallen, omdat N. buiten haar verzekerde hoedanigheid heeft gehandeld en voorts dat W. niet in haar zorgplicht als assurantietussenpersoon tekort is geschoten. Vaststaat dat er – na de overname van de verzekeringsportefeuille door [portefeuillehouder] – diverse gesprekken hebben plaatsgevonden tussen N. en adviseur, waarbij de verzekeringen van N. aan de orde zijn geweest en de vraag of deze voldeden aan de behoeftes van N. Omdat niet bestreden is dat N. in geen van deze gesprekken aan adviseur heeft laten weten dat zij brugbedieningswerkzaamheden uitvoerde, en dit evenmin is vermeld op het uittreksel van de KvK of op de website van N., staat niet vast dat adviseur bekend was met deze werkzaamheden. Nu deze werkzaamheden niet als beveiligingswerkzaamheden kunnen worden beschouwd, geldt dat [portefeuillehouder] – en daarmee W. – geen rekening had moeten houden met de uitvoering van deze werkzaamheden door N.

Zorgplicht

Het hof neemt tot uitgangspunt dat een assurantietussenpersoon tegenover zijn opdrachtgever de zorg dient te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend beroepsgenoot mag worden verwacht. Het is zijn taak te waken voor de belangen van de verzekeringnemers bij de tot zijn portefeuille behorende verzekeringen. Tot deze taak behoort in beginsel ook dat – kort gezegd – de assurantietussenpersoon de verzekeringnemer tijdig opmerkzaam maakt op de gevolgen die hem bekend geworden feiten voor de dekking van de tot zijn portefeuille behorende verzekeringen kunnen hebben. Dit brengt mee dat hij erop toeziet dat door of namens de verzekeringnemer aan de verzekeraar tijdig alle mededelingen worden gedaan waarvan hij, als redelijk bekwaam en redelijk handelend assurantietussenpersoon, behoort te begrijpen dat die de verzekeraar ervan zullen (kunnen) weerhouden om, voor zover in deze zaak van belang, een beroep te doen op het vervallen van het recht op schadevergoeding wegens de niet-nakoming van de in de polisvoorwaarden opgenomen mededelingsplicht ter zake van risicoverzwarende omstandigheden. Daarbij gaat het om feiten en omstandigheden die aan de assurantietussenpersoon bekend zijn of die hem redelijkerwijs bekend behoorden te zijn.

KvK

Het hof is met de rechtbank van oordeel dat N. W. ten onrechte verwijt dat zij haar zorgplicht heeft geschonden omdat zij onvoldoende proactief is geweest bij het vergaren van de benodigde informatie. [portefeuillehouder] hoefde – uitgaande van de hiervoor geformuleerde norm van de redelijk handelend beroepsgenoot – niet aan N. te vragen om nader te specificeren welke objecten werden beveiligd. [portefeuillehouder] mocht vertrouwen op de mededeling van N. dat (sinds het aangaan van de polis dan wel zijn eerdere betrokkenheid bij de polis) haar werkzaamheden niet waren gewijzigd en dat deze vielen onder de hoofdactiviteit “beveiliging en opsporing”. Dit geldt te meer omdat dit overeenkwam met de informatie op de website van N. en het uittreksel uit het handelsregister.

Beslissing

Verzekeringnemer wordt in het ongelijk gesteld.

 

Bron: Rechtspraak.nl

Downloads

Downloads zijn alleen beschikbaar voor abonnees. Log graag in of neem een abonnement.

Adresgegevens

Fintool
Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668

Fintool bv © 2003/2024. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.