Als uit de procedure ‘massaal bezwaar plus’ volgt dat niet-bezwaarmakers in aanmerking komen voor rechtsherstel, dan zal het rechtsherstel op dezelfde wijze plaatsvinden als voor de bezwaarmakers. Momenteel is dat op basis van het Beleidsbesluit rechtsherstel box 3, dat wordt gecodificeerd in het onderhavige wetsvoorstel. De inspecteur zal uit eigen beweging voor alle aanslagen van niet-bezwaarmakers over de jaren 2017-2020 bepalen of de aanslag – net zoals bij de bezwaarmakers – verminderd moet worden. Hiervoor zal geen verzoek van de belastingplichtige nodig zijn. Ik heb immers toegezegd dat niet-bezwaarmakers geen verzoek hoeven te doen. In die toezegging ligt besloten dat niet-bezwaarmakers die geen verzoek doen in dezelfde rechtspositie terecht komen als niet-bezwaarmakers die wel een verzoek doen. De inspecteur is bij deze vermindering niet gebonden aan de ‘vijfjaarstermijn’ voor een ambtshalve vermindering van de aanslag. In voorkomend geval zal het voorgaande in wet- en regelgeving worden vastgelegd, zoals nu ook voor de bezwaarmakers gebeurt.
Een uitspraak op de procedure ‘massaal bezwaar plus’ zal op zijn vroegst in 2023 plaatsvinden. Voor in ieder geval belastingjaar 2017 zal de ‘vijfjaarstermijn’ voor het doen van een (nieuw) verzoek tot ambtshalve vermindering van de aanslag na een eventuele vermindering verstreken zijn. De bedoeling is echter dat niet-bezwaarmakers op dezelfde wijze als de bezwaarmakers rechtsherstel krijgen. Daarom verduidelijk ik dat in het geval de inspecteur (gedeeltelijk) in het ongelijk gesteld wordt aan alle niet-bezwaarmakers een vergelijkbare termijn zal worden geboden als de bezwaarmakers gehad hebben om een verzoek tot ambtshalve vermindering te doen, waarin zij kunnen opkomen tegen het geboden rechtsherstel. Ook dus met betrekking tot belastingjaren die op het moment dat de massaalbezwaarplusprocedure is afgerond verjaard zouden zijn wegens de vijfjaarstermijn. Tegen een afwijzing van dat verzoek zal bezwaar en vervolgens beroep openstaan. Ook dit zal indien aan de orde in wet- en regelgeving worden vastgelegd.
Volledige compensatie van niet-bezwaarmakers – in lijn met het rechtsherstel in dit wetsvoorstel – zou additioneel € 4,1 miljard kosten, waarvan meer dan de helft terecht komt bij belastingplichtigen met meer dan € 200.000 vermogen (of € 400.000 in het geval van fiscaal partnerschap). De vormen van rechtsherstel die meer toegespitst zijn op kleine spaarders leiden tot een lagere budgettaire derving. Deze opties zorgen echter voor extra complexiteit voor de uitvoering en juridische kwetsbaarheden. De landsadvocaat geeft aan dat deze scenario’s mogelijk opnieuw tot een schending van het EVRM kunnen leiden.
Mijlpaal Planning
Concept-wetgeving gereed Januari 2023
....
Verwachte publicatie in de Staatscourant (Uiterlijk) December 2024
Gewenste inwerkingtreding wetgeving Per 1 januari 2026
Bron: Rijksoverheid
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99