MijnFintool

Nieuws

Niet-tijdige aanpassing pensioenregeling? Fiscale onzuiverheid ligt op de loer.

Op 23 oktober 2025 publiceerde het Centraal Aanspreekpunt Pensioenen (CAP) van de Belastingdienst een belangrijk memo over de fiscale gevolgen van het niet tijdig aanpassen van pensioenregelingen aan gewijzigde fiscale kaders – in het bijzonder in het kader van de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Werkgevers, pensioenuitvoerders en adviseurs worden nadrukkelijk gewaarschuwd voor de verstrekkende gevolgen van fiscale onzuiverheid.

Met de invoering van de Wtp per 1 juli 2023 en een (voorgestelde) uiterste transitiedatum van 1 januari 2028, dringt de tijd voor veel pensioenregelingen die nog niet zijn aangepast. Het nieuwe memo beschrijft wat er gebeurt als een pensioenregeling fiscaal onzuiver wordt – met forse financiële risico’s voor werknemer, werkgever en uitvoerder.

Wat is fiscale onzuiverheid?

Een pensioenregeling wordt fiscaal onzuiver wanneer deze niet (meer) voldoet aan de eisen van hoofdstuk IIB van de Wet op de loonbelasting 1964. Dit betekent dat:

  • De omkeerregel vervalt (premies niet langer onbelast),
  • De volledige waarde van de pensioenaanspraak belast wordt als loon uit vroegere dienstbetrekking (box 1),
  • Revisierente verschuldigd is tot maximaal 20% van de waarde.

Het gaat hierbij niet alleen om toekomstige opbouw, maar óók om reeds opgebouwde aanspraken.

Een voorbeeld uit het memo:

Bij een pensioenaanspraak van € 200.000 kan de totale fiscale claim oplopen tot € 139.000 (waarvan € 99.000 loonheffing en € 40.000 revisierente).

Gevolgen voor de betrokken partijen

Voor de werknemer:

  • Directe belastingheffing over het volledige opgebouwde pensioenvermogen;
  • Revisierente verschuldigd (maximaal 20%);
  • Pensioenaanspraak valt in box 3 na verlies van loonsfeeraftrek;
  • Verlies van fiscaal voordeel over toekomstige premie-inleg;
  • Gevolgen voor toeslagen en aftrekposten.

Voor de werkgever:

  • Pensioen blijft civielrechtelijk een arbeidsvoorwaarde, ook als deze fiscaal onzuiver is;
  • Mogelijk boetes bij het niet voldoen aan onderbrengingsvereisten Pensioenwet (artikel 23 en 176);
  • In geval van arbeidsongeschiktheid of overlijden kan de werkgever aansprakelijk zijn voor het uitbetalen van pensioenen als de regeling niet meer verzekerd is.

Voor de pensioenuitvoerder:

  • Wordt inhoudingsplichtige voor loonheffing en aansprakelijk voor revisierente;
  • Moet pensioenuitkeringen renseigneren voor box 3;
  • Kan uitvoeringsovereenkomst beëindigen, maar dat is niet voldoende om fiscale onzuiverheid te voorkomen.

Tijdig aanpassen of beëindigen is essentieel

Het memo benadrukt twee routes om onzuiverheid te voorkomen:

  1. Tijdige aanpassing van de regeling aan de Wtp (vóór 1 januari 2028)

    Mogelijkheid tot voorleggen van de regeling aan de Belastingdienst voor een 19c-beschikking;
    Dit biedt zekerheid dat de regeling fiscaal zuiver is;
    Zie ook:
    Pensioenregeling voorleggen aan Belastingdienst
    V&A 08-080
    V&A 08-081
  2. Tijdige beëindiging van de pensioenovereenkomst
  • Beëindiging van de uitvoeringsovereenkomst met de pensioenuitvoerder is onvoldoende;
  • Er moet sprake zijn van formele beëindiging van de pensioenovereenkomst tussen werkgever en werknemer;
  • Let op: hiervoor is meestal instemming van de werknemer nodig.

Let op: gevolgen gelden voor gehele regeling

Volgens de toelichting van de staatssecretaris uit 2013 (DGB 2013-6494) is er géén sprake van een partiële toepassing van artikel 19b Wet LB. Als een pensioenregeling fiscaal onzuiver wordt, geldt dit voor de gehele aanspraak – dus ook het verleden wordt belast. Dit maakt tijdige actie des te urgenter.

Advies voor de praktijk

  • Werkgevers: Inventariseer vóór eind 2025 alle actieve pensioenregelingen en check of deze voldoen aan de eisen van de Wtp. Betrek ondernemingsraad en werknemers tijdig.
  • Adviseurs en accountants: Breng je cliënten op de hoogte van de risico’s. Zorg dat zij beschikken over actuele juridische en fiscale kennis.
  • Pensioenuitvoerders: Houd de regie over tijdige signalering en communicatie over noodzakelijke aanpassingen.

Samenvattend

De Belastingdienst stelt met dit memo een helder signaal: wie te laat handelt, riskeert forse fiscale en juridische gevolgen. Hoewel de transitieperiode nog loopt tot (vooralsnog) 1 januari 2028, is het nu tijd voor actie. Niet alleen voor nieuwe regelingen, maar ook voor bestaande contracten waarvan nog wordt gedacht dat ze onder eerbiedigende werking vallen. De omkeerregel is een fiscaal voorrecht, maar geen vanzelfsprekendheid. Zonder tijdige aanpassing wordt dit voorrecht omgezet in een directe belastingaanslag. En die komt hard aan.

Bron: Belastingdienst

Modules & dossiers

Opvoerdatum

23 okt 2025

Laatst gewijzigd

24 okt 2025

Reacties

Er zijn (nog) geen reacties op dit artikel

Graag eerst inloggen om deze pagina te bekijken.

Permanent Actueel met Fintool?

Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg toegang tot de Kennisbank, Helpdesk en AI assistant.
Lees verder

Fintool bv © 2003/2025. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.

1
1