Nu Consumenten wegens onvoldoende inkomen niet in aanmerking kwamen voor bedoelde belastingteruggave van 40%, is geen sprake geweest van een passend advies (stelling consument). Consumenten hebben geen bewijsstukken overgelegd over de vermeende toezegging van de adviseur en nu deze de toezegging uitdrukkelijk heeft betwist, is naar het oordeel van de Commissie onvoldoende komen vast te staan dat gestelde toezegging is gedaan.
Bovendien stond ten tijde van de tussentijdse renteherziening van de hypothecaire geldlening nog niet vast dat het inkomen van één van Consumenten over 2015 op nihil zou uitkomen, waardoor zij niet in aanmerking zouden komen voor een belastingteruggave van 40% en de ondernemersaftrek.
De adviseur stelt dat hij weliswaar heeft medegedeeld dat de boeterente fiscaal aftrekbaar is maar dat hij daarbij geen percentages heeft genoemd. Bovendien is in de offerte van de geldverstrekker een uitdrukkelijk voorbehoud opgenomen over de fiscale aspecten van de boeterente. Adviseur was er niet van op de hoogte dat het inkomen van Consumenten gedurende de rest van 2015 op nihil zou uitkomen.
De Commissie overweegt als volgt. Vaststaat dat sprake is geweest van een informeel advies waaraan geen schriftelijke overeenkomst ten grondslag lag. Er is dan ook geen adviesrapport opgesteld en evenmin zijn advieskosten aan Consumenten in rekening gebracht.
De vordering van consument wordt afgewezen.
Lees hier de volledige uitspraak.
Bij een tussentijdse renteherziening van de hypothecaire geldlening houdt de zorgplicht van een adviseur voorts in dat hij moet onderzoeken of die renteherziening in het belang van Consumenten is.
Bron: Kifid
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99