Verzekeraar stelt dat hij Consument met de brief van 4 september 2017 heeft aangemaand conform de daaraan in artikel 7:934 BW gestelde eisen. Consument betwist dat zij deze brief heeft ontvangen. Ingevolge het bepaalde in artikel 3:37 lid 3 BW ligt het in beginsel op de weg van Verzekeraar om feiten en/of omstandigheden te stellen, en zo nodig te bewijzen, dat de door hem verzonden betalings-herinneringen bij Consument zijn aangekomen.
Op 10 augustus 2017 ontving Verzekeraar bericht dat de incasso niet mogelijk was door onvoldoende saldo. Verzekeraar heeft daarom op 11 augustus 2017 een e-mail aan Consument gestuurd met het verzoek de premie te voldoen. Verzekeraar heeft een afschrift van de brief van 4 september 2017 aan Kifid verstrekt. /
Verzekeraar kan niet bewijzen dat de brief van 4 september 2017 door Consument is ontvangen. De brief is niet aangetekend verzonden. Dit brengt mee dat niet is komen vast te staan dat Verzekeraar Consument op de in artikel 7:934 BW genoemde wijze heeft aangemaand.
Verzekeraar is daarom ten onrechte tot schorsing van de dekking overgegaan en moet instaan voor de gevolgen van de onterechte schorsing en het bedrag van € 409,- aan Consument vergoeden.
Bron: Kifid
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99