Samen met verzekeraars wil het kabinet inzetten op het verhogen van de verzekeringsgraad door de bewuste keuze van de zelfstandige te bevorderen. Voor zelfstandigen bestaat een breed aanbod van verzekeringen. Niet iedere zelfstandige weet de weg naar die verzekeringen echter te vinden. Om de verzekeringsgraad te verhogen wil minister Koolmees daarom investeren in het voorkomen van uitstelgedrag en risico-onderschatting door zelfstandigen.
De keuze om zelfstandige te worden is ook een keuze voor andere instituties dan die voor werknemers gelden. Werknemers zijn op grond van de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) verplicht verzekerd voor arbeidsongeschiktheid. Zelfstandigen zijn niet verplicht verzekerd. Zij hebben de volgende verzekeringsmogelijkheden:
De verzekeringsgraad van zelfstandigen daalt. Van de 895.000 zelfstandigen die met het inkomen uit ondernemerschap hun hoofdinkomen verdienen is 19% middels een AOV verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid. In 2011 was dit 23%.
Er zijn geen actuele gegevens met betrekking tot de verdeling hoe zelfstandigen zich hebben verzekerd. De recentste cijfers zijn uit 2013: 86% heeft een AOV bij een private verzekeraar, 4% heeft een verzekering via een collectieve verzekering, 6% heeft een vrijwillige verzekering bij UWV, 1% heeft een verzekering via de werkgever (wegens een naastlopend dienstverband) en 1% neemt deel aan een broodfonds.
De beleving van zelfstandigen is dat een AOV duur is. De prijs van een AOV hangt onder meer af van de keuzes die een zelfstandige maakt met betrekking tot de dekking, het uitkeringsbedrag (vast bedrag of geïndexeerd), het gekozen arbeidsongeschiktheidscriterium (beroepsarbeidsongeschiktheid of passende arbeid) en de gekozen wachttijd (een maand of langer).
In het kader van de acceptatie schat een private verzekeraar in hoe groot het risico is dat de desbetreffende zelfstandige arbeidsongeschikt raakt en blijft. Verzekeraars kijken hiervoor naar het (gezondheids)risicoprofiel van de desbetreffende zelfstandige. Aan de hand van de uitkomst daarvan doet de verzekeraar de zelfstandige een aanbod dat zoveel mogelijk aansluit bij de individuele situatie van de zelfstandige. Volgens het Verbond kan ruim driekwart van de zelfstandigen zodoende een AOV sluiten onder de reguliere voorwaarden. Als het arbeidsongeschiktheidsrisico hoger is dan het gemiddelde risico dan hanteert de verzekeraar een premieopslag en/of medische uitsluiting.
a) Technische eindleeftijd
Iedere private AOV kent een eindleeftijd. Die kan dezelfde zijn als de pensioengerechtigde leeftijd van de AOW maar deze kan ook liggen op een eerder moment. Bijvoorbeeld op 60-jarige leeftijd. Een lagere eindleeftijd kan de keuze van de zelfstandige zelf zijn. Bijvoorbeeld omdat deze – op basis van een financieel advies – verwacht eerder te kunnen stoppen met werken en daarvoor ook vermogen opbouwt of beschikbaar heeft. Een lagere eindleeftijd kan dan een financieel verstandige keuze zijn.
Het komt ook voor dat verzekeraars een lagere eindleeftijd voor een AOV hanteren dan de pensioengerechtigde leeftijd van de AOW. Bijvoorbeeld als het gaat om zelfstandigen met een zogeheten ‘risicovol of zwaar beroep’ zoals bepaalde beroepen in de bouw.
Er bestaat een breed aanbod aan verzekeringsproducten voor zelfstandigen. Private verzekeraars doen zelfstandigen doorgaans een (gedifferentieerd) aanbod dat zoveel mogelijk aansluit bij de individuele situatie van de betrokkene. Daarnaast bieden broodfondsen en de vrijwillige verzekering bij UWV eveneens mogelijkheden om het ziekte- en arbeidsongeschiktheidsrisico af te dekken.
Voor bepaalde zelfstandigen, die wegens medische redenen moeilijk verzekerbaar zijn, bestaat bovendien de mogelijkheid van de vrijwillige verzekering bij UWV en de vangnetpolis bij private verzekeraars. Niet iedere zelfstandige weet nu echter de weg naar deze mogelijkheden te vinden. Het kan zijn dat zelfstandigen niet verzekerd zijn of onderverzekerd zijn, omdat zij het risico onderschatten, zij alleen aan de korte termijn denken of hun kennis hierover tekortschiet.
Hier ligt ook een belangrijke rol voor financieel adviseurs. De AOV is namelijk een adviesgevoelig product.
Bron: Rijksoverheid
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99