Door te speculeren op een waardevermeerdering van deze percelen grond, stelde OVN een rendement in het vooruitzicht. Het beheer van de grond werd uitgevoerd door een andere partij dan de belegger. In dat geval is sprake van het aanbieden van beleggingsobjecten. Volgens de Wet op het financieel toezicht (Wft) is daarvoor een vergunning verplicht (artikel 2:55 Wft).
Het is belangrijk dat financiële dienstverleners beschikken over een vergunning van de AFM. Een vergunning biedt bescherming aan consumenten. Voordat de AFM een vergunning verleent, toetst zij onder meer of een financiële dienstverlener voldoet aan de eisen van betrouwbaarheid, geschiktheid en integriteit. Bovendien moet een dienstverlener met een vergunning zich houden aan de zogenoemde doorlopende gedragsregels. Deze gaan onder meer over een zorgvuldige dienstverlening aan consumenten.
De heer Lont was enig bestuurder en aandeelhouder van OVN en was rechtstreeks bij de overtreding betrokken. Zo heeft hij in ieder geval 26 koopovereenkomsten met beleggers ondertekend.
De AFM heeft vastgesteld dat de heer Lont op de hoogte was van het aanbieden door OVN, dat hij bevoegd en redelijkerwijs gehouden was het aanbieden te beëindigen en dat hij maatregelen daartoe achterwege heeft gelaten. Dit zijn in de rechtspraak ontwikkelde criteria voor het aannemen van het feitelijk leidinggeven aan een overtreding.
Voor deze overtreding geldt een basisbedrag van €2.000.000. Het basisbedrag kan worden verlaagd of verhoogd als de ernst of duur van de overtreding, of de mate waarin de overtreding aan iemand te verwijten valt (verwijtbaarheid) daartoe aanleiding geven. In dit geval ziet de AFM aanleiding het basisbedrag te verhogen tot €2.500.000 op grond van verhoogde verwijtbaarheid.
Bij het vaststellen van de hoogte van de boete houdt de AFM ook rekening met de omvang van het eigen vermogen van de particulier. Op die wijze worden particulieren met een verschillend eigen vermogen bij dezelfde overtreding op een gelijkwaardige wijze getroffen in hun financiële positie. Gezien de omvang van het eigen vermogen van de heer Lont, stelt de AFM de boete in beginsel vast op €125.000. Omdat de beperkte financiële draagkracht van de heer Lont daartoe aanleiding geeft, heeft de AFM de boete van €125.000 gematigd naar €500.
Het in het besluit vervatte oordeel van de AFM kan door belanghebbende(n) ter toetsing aan de rechter worden voorgelegd.
De AFM heeft onlangs consumenten nog gewezen op de risico’s van grondbeleggingen. Er worden vooral landbouwkavels in Nederland en in Oost-Europa aangeboden. Het is verstandig dat consumenten goed onderzoek doen als ze overwegen te beleggen in grond.
Het volledige besluit kunt u hiernaast in PDF-formaat downloaden.
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99