In antwoord op vragen van D66.stelt minister Donner (Binnenlandse Zaken) dat hij geen ruimte ziet om geld vrij te maken voor leningen aan starters op de woningmarkt.

De stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) heeft een brandbrief naar de Tweede Kamer gestuurd, waarin Kamerleden opgeroepen worden om het kabinet ervan te overtuigen dat er een aanvullend rijksbudget moet komen voor de “VROM” Starterslening.

Het aantal gemeenten dat starters op de woonmarkt een starterslening biedt, neemt flink af. Sinds 1 juni hebben nog maar 143 gemeenten een dergelijke regeling. Op 1 januari ging het nog om 194 gemeenten.

Banken moeten meer vrijheid krijgen om hypotheekleningen te verstrekken aan starters op de woningmarkt. Tegelijk zullen banken de aflossingsvrije hypotheek verder aan banden leggen. Dat voorstel deed Rabo-bestuursvoorzitter Piet Moerland gisteren in het tv-programma Buitenhof en in gesprek met het FD.

De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) werkt aan een alternatief voor de nieuwe regels voor tophypotheken die de Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft opgesteld. Met die nieuwe regels moeten met name starters die steeds moeilijker een woning kunnen kopen, beter geholpen worden.

Iemand heeft na 3 jaar gebruik gemaakt te hebben van de starterslening deze omgezet in een gewoon leningdeel bij de bank waar ook de eerste hypotheek loopt. Nu moet er dus wel rente over dit deel betaald gaan worden en de vraag is nu : Is de rente voor dit deel nog 30 jaar aftrekbaar of 27 jaar? ( hypotheek is helemaal box1)

Ik heb een relatie die is momenteel 3 jaar zelfstandig. Voor het bepalen van de hypotheeksom wordt uitgegaan van het gemiddeld inkomen van de laatste 3 jaar. Kan ik uitgaan van de winst voor aftrek zelfstandigen? De relatie heeft mij aan het twijfelen gebracht ik ga meestal van de inkomensuit na aftrek echter de relatie was bij een ander kantoor geweest en die ging van de winstcijfers uit voor aftrek? Graag een reactie

De VROM Starterslening is door verkeerde toewijzing terechtgekomen bij koopstarters op de woningmarkt die deze steun slechts gedeeltelijk of soms zelfs helemaal niet nodig hebben. Mede hierdoor is VROM Starterslening tot een voortijdig einde gekomen. Vereniging Eigen Huis wil een aanpassing van de berekeningsmethodiek.

Volgens de Volkskrant gaat zeker de helft van de Nederlandse gemeenten door met het verstrekken van startersleningen aan nieuwkomers op de markt voor koopwoningen. Dit ondanks dat het budget hiervoor van het ministerie van VROM op is.

Het verstrekken van de starterslening voor het kopen van een woning is flink vertraagd. Huizenkopers kunnen daardoor in de problemen komen. De stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn), die het verstrekken van de lening regelt, meldt volgens Het Financieele Dagblad een achterstand

Na het potje voor de Koopsubsidie blijkt nu ook het budget voor de starterslening van het ministerie van VROM uitgeput te zijn. Gisteren is de laatste lening met rijksbijdrage verstrekt.

Koopsubsidie, de woningsubsidie voor starters, dreigt voor veel starters binnenkort niet meer bereikbaar te zijn. Het potje daarvoor is bijna leeg en wordt niet meer bijgevuld.

Nationale Waarborg biedt vanaf vandaag de Startersbankgarantie aan. Deze is speciaal voor de startersmarkt, waarbij de garantiekosten voor de consument zo’n 40 procent lager liggen dan de reguliere aankoopgarantie.

De gemeente Steenwijkerland (met als grootste plaats Steenwijk) verstrekt sinds 1 september startershypotheken aan zijn inwoners. De starterslening wordt uitgevoerd door Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVN) en bedraagt maximaal 25 procent van het aankoopbedrag (excl. verwervingskosten) met een maximum van € 40.000.

Er geldt een vrijstelling in box 3 voor durfkapitaal en startersleningen/fondsen van maximaal € 55.476 (2011), € 55.145 per belastingplichtige (2010, 2009). Deze vrijstelling kan cumuleren met die voor groenbeleggen/sociaal-ethisch beleggen. Voor deze vermogensbestanddelen geldt als aanvullende faciliteit een extra heffingskorting van 1,3% van het desbetreffende bedrag. Het voordeel van de vrijstelling (1,2%) samen met de in 2011 geldende heffingskorting van 1% bedraagt samen 2,2%. Hierdoor kunnen deze laagrenderende bezittingen interessant zijn.