1) Niet iedereen krijgt in de praktijk ook toestemming om een kamer te verhuren. Hypotheekverstrekkers geven vaak geen toestemming, omdat een woning in verhuurde staat voor een mogelijk lagere verkoopprijs kan zorgen. Om dit risico voor hypotheekverstrekkers weg te nemen, wordt een wetswijziging voorbereid. Die zorgt ervoor dat de hospita het huurcontract eenvoudig kan beëindigen bij verkoop of overdracht van de woning.
Na implementatie van de beoogde wetswijzing staat NHG hospitaverhuur toe bij consumenten met een NHG-hypotheek.
2) Veel hospitaverhuurders zijn terughoudend om een huurder voor onbepaalde tijd in huis te nemen. Vaak zeggen ze het huurcontract op in de proeftijd van maximaal 9 maanden. Anders wordt het een vast huurcontract. Tegelijkertijd willen ze het huurcontract vaak best voor iets langere tijd voortzetten. Dat kan via een specifiek huurcontract voor bepaalde duur voor hospitaverhuur. De wettelijke mogelijkheden hiervoor worden in kaart gebracht.
3) Voor bepaalde regelingen kan het uitmaken of een verhuurder een huurder in huis neemt. Zo wordt bij sociale huurwoningen gekeken naar het totale inkomen op 1 adres. Als dit inkomen te hoog is, wordt de huur verhoogd. Dat is een nadeel voor de hospitaverhuurder. Daarom wordt onderzocht of de inkomensafhankelijke huurverhoging kan worden aangepast.
4) Ook mensen die zelf huren kunnen hospita worden. Zij verhuren dan een kamer aan een onderhuurder. Het nieuwe Besluit huurprijzen woonruimte kan ervoor zorgen zij als hospita – net als de huurder die ze in huis nemen – een huurprijs krijgen volgens het Woningwaarderingsstelsel voor onzelfstandige woningen (WWSO) in plaats van het stelsel voor zelfstandige woningen (WWS). Dat is onaantrekkelijk voor de hoofdverhuurder, omdat de huurprijzen onder het WWSO lager kunnen zijn. Daarom wordt gekeken of er in het Besluit betaalbare huur een uitzondering voor hospitaverhuur kan komen, waarbij de hoofdhuurder onder het WWS valt en de hospitahuurder onder het WWSO. Om misbruik te voorkomen, worden hier specifieke voorwaarden aan verbonden. De beoogde inwerkingtreding van het gewijzigde besluit is 1 juli 2024.
Kamerverhuurvrijstelling/ box 3
Voor veel regelingen maakt het overigens niet uit of je een hospitahuurder in huis hebt. Zo hoef je als eigenaar-bewoner – mits de jaarhuur onder de 5.998 euro (in 2024) blijft – geen inkomstenbelasting te betalen over de huuropbrengsten. Dit heet de kamerverhuurvrijstelling. Een hurende hospitaverhuurder hoeft over de huurinkomsten geen inkomstenbelasting (box 1) te betalen, maar die inkomsten vallen wel onder het bank- of spaartegoed (box 3-belasting indien het vrijstellingsbedrag wordt overschreden). Ook is er geen effect op de toeslagen, omdat de hospitaverhuurder geen gezamenlijk huishouden met de hospitahuurder voert.
Potentiële verhuurders en huurders hebben behoefte aan duidelijke informatie over de mogelijkheden van en regels over hospitaverhuur. Daarom start begin augustus een informatiecampagne. Deze campagne richt zich ook op woningcorporaties, gemeenten en particuliere verhuurders. Het blijkt namelijk dat ook professionals niet altijd op de hoogte zijn van wat er wel en niet kan rondom hospitaverhuur.
Bron: Rijksoverheid
De punten 1, 2 en 3 zijn voorlopig nog geen wet. Gevaar is dat huiseigenaren nu (alvast) overgaan tot verhuur, terwijl wetgeving nog niet sluitend is. Toestemming van de geldverstrekker vooralsnog vragen.
Een VvE kan in statuten iets opgenomen hebben over kamerverhuur. Check opstalverzekering. Met mogelijke aanpassingen in box 3 (rendement belast) ontstaat weer een nadeel.
Fintool
Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668