Als twee personen in gemeenschap van goederen trouwen, vloeien beider vermogens samen. Dit heet "boedelmenging". Als gehuwden met gemeenschappelijk vermogen uit elkaar gaan, moet de boedel worden gescheiden of verdeeld. Daarbij zal de gemeenschappelijke woning op naam van één van de partners kunnen worden gesteld. Een boedelscheiding kan lang duren, bijvoorbeeld als de partijen het niet eens kunnen worden.
Huwelijken en echtscheidingen worden door de economische crisis vaker uitgesteld. Dat blijkt volgens Jan Latten van het Centraal Bureau voor de Statistiek uit het Onderzoek Gezinsvorming.
Een op de zes stellen die rond 1970 trouwden was na 20 jaar gescheiden, van de bruidsparen uit begin jaren negentig zal binnen 20 jaar een kwart uit elkaar zijn. Dat blijkt uit cijfers van het CBS.
In de eerste drie kwartalen van 2010 hebben in totaal 96.000 huishoudens de aankoop of verbetering van hun woning gefinancierd met een Nationale Hypotheek Garantie (NHG). In de eerste drie kwartalen van 2009 waren dat er 65.000. Driekwart bestond uit de financiering voor de aankoop. Van alle aankopen van woningen binnen de NHG-kostengrens van 350.000 euro, wordt nu ongeveer 80 procent gefinancierd met NHG. Dat blijkt uit de NHG-kartaalcijfers.
Hoe wordt fiscaal gezien tegen de volgende situatie aangekeken. Er is sprake van echtscheiding.Het huwlijksregime is gemeenschap van goederen. De vrouw blijft in de woning achter en koopt haar ex uit. De overwaarde is € 274.000. Er dient € 137.000 aan de vertrekkende partner uitbetaald te worden. Hiervan kan de blijvende partner € 70.000 voldoen ivm haar leencapaciteit. € 67.000 blijft als vordering staan. Er is afgesproken dat deze na 5 jaar wordt afbetaald. Mevrouw verwacht een erfenis. Mocht de erfenis niet binnen 5 jaar ontvangen worden dan verkoopt mevrouw de woning om alsnog de vordering te kunnen voldoen. Hoe staat de fiscus hier tegenover. Denk hierbij aan de renteloze vordering (wellicht een kleine vergoeding voor inflatie). Hoe zit het met de EWR van de vertrekkende partner (hij gaat eerste periode huren)
Voorafgaande aan een echtscheiding gaan partners vaak apart wonen. Fiscalisten noemen dat "duurzaam gescheiden leven". Vanaf dat moment vervalt het fiscale partnerschap. Wel kunnen partners er in het laatste jaar voor opteren dat hele jaar fiscaal als partner te worden aangemerkt.
Het aantal echtscheidingen lijkt dit jaar, net als vorig jaar, substantieel lager uit te vallen dan in de periode 2005 tot 2008. En dat terwijl in het verleden tijdens economische crises meer mensen uit elkaar gingen dan in goede tijden.
Wanneer Nederlandse stellen besluiten te gaan scheiden, wordt nog nauwelijks nagedacht over wat er met de pensioenen moet gebeuren. Dat blijkt uit onderzoek van Newcom Research & Consultancy in opdracht van de Stichting Pensioenkijker.
Man en vrouw gehuwd in gemeenschap van goederen. Gaan scheiden. Hebben nu gezamenlijk hypotheek van 145.000 waarvan 30 consumptief. Vrouw koopt man uit voor 28.000 en wil hypotheek van 180.000 in verband met financieringskosten, notaris e.d. Is de rente over 180.000 nu volledig aftrekbaar?e
Klant is gehuwd in gem. van goederen en heeft een eigen woning. Hij gaat scheiden en vrouw blijft wonen in de echtelijke woning. Hij wordt uitgekocht voor € 40.000, terwijl hem eigenlijk € 85.000 toekomt. Op de resterende € 45.000 doet hij geen beroep omdat hij niet wil dat (ex-)vrouw en kind moeten verhuizen. Wat is nu zijn vervreemdingssaldo: € 40.000 of € 85.000?
Man en vrouw gaan uit elkaar. Komt een "nieuwe" vrouw bij de man inwonen die ook van haar man af gaat. Huis komt op beide namen te staan en de hypotheek ook. Moet de "nieuwe" vrouw tevens haar EWR inbrengen? Zij worden geen fiscaal partner.
In geval van echtscheiding behoudt de vertrekkende partner gedurende 2 jaar het recht op aftrek van de hypothecaire lening in BOX 1 van de voormalige echtelijke woning.
Stel deze man./vrouw heeft een nieuwe eigen woning. Na een jaar wordt de echtelijke woning verkocht aan de ex-partner of aan een derde. De eigenwoningreserve wordt niet direct in mindering gebracht op de hypotheek van de nieuwe woning, maar wordt gebruikt om een grote verbouwing door te voeren. Is de rente dan volledig aftrekbaar in BOX 1 of schiet men voorbij aan het oogmerkvereiste.
Bij het aangaan of beëindigen van een huwelijk of een duurzame gezamenlijke huishouding wensen de (ex-)partners veelal wijzigingen aan te brengen in lopende kapitaalverzekeringen eigen woning (KEW), in “oude” kapitaalverzekeringen waarvoor het regime van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 (Wet IB’64) nog geldt en in lijfrenteverzekeringen.
Degene die uit de woning vertrekt, moet rekening houden met de bijleenregeling. Deze persoon zal voor zijn/haar aandeel in de woning wellicht overwaarde realiseren waardoor de mogelijkheden om in box 1 een financiering voor een andere woning aan te gaan beperkt zijn.
Sinds 1 januari 2004 geldt een beperking van renteaftrek voor personen die overwaarde hebben gerealiseerd bij de verkoop van hun oude woning. Dit wordt wel de bijleenregeling genoemd. Deze is van toepassing als er sprake is van een opvolgende eigen woning.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.