Bijna iedereen (96%) met een (deels) aflossingsvrije hypotheek weet dat de hypotheek aan het einde van de looptijd moet worden afgelost. Toch weet een kwart van hen nog niet hóe de hypotheek moet worden afgelost. Daarbij zegt 7% zich hierover regelmatig zorgen te maken. Dit blijkt uit nieuw onderzoek in opdracht van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB).
Het rekenmodel rondom het besluit van Eric Wiebes en Menno Snel is bijgewerkt. Het is nu ook mogelijk om twee relaties in te voeren en de lay out is aangepast.
In een besluit van de Staatssecretaris van Financiën wordt een goedkeuring gegeven voor een niet-beoogde beperking van de aftrekbare eigenwoningrente door een eigenwoningreserve of het niet volledig kunnen voortzetten van een bestaande eigenwoningschuld bij een gezamenlijke aankoop.
Door Fintool is een rekenmodel gemaakt, waarin de cijfermatige uitwerking getoond wordt.
De Kennisgroep Verzekeringsproducten heeft een update uitgebracht met vragen en antwoorden over KEW, SEW en BEW. De uitbreiding ziet met name toe op het overgangsrecht voor hybride hypotheekverzekeringen en garantiekapitalen.
Voor de advisering over hypotheken is het begrip ´bestaande eigenwoningschuld´ (Box 1) omschreven in Wet IB2001, artikel 10bis.1 ‘bestaande eigenwoningschuld’ relevant voor het bepalen van het wel/niet verplicht annuïtair /lineair aflossen van de hypotheek, zoals deze sinds Belastingplan 2013 (BP2013) bestaat.
In een compilatie van diverse Fintool artikelen/helpdeskvragen wordt aan de hand van een aantal casussen/helpdeskvragen nader ingezoomd op de (on)mogelijkheden gebruik te maken van aflossingsvrije leningen of voortzetting van bijvoorbeeld een KEW/SEW/BEW.
Staatssecretaris Wiebes informeert de Tweede Kamer over een reactie met betrekking tot de verhoogde schenkingsvrijstelling eigen woning van € 100.000 per januari 2017.
De hypotheekrenteaftrek voor een huiseigenaar is afgewezen wegens het ontbreken van een aflosschema. De huiseigenaar had de woning uit een erfenis verkregen. Op de woning was reeds een aflossingsvrije hypotheek gevestigd, welke na verkrijging uit de nalatenschap niet omgezet was naar een annuïtaire / lineaire hypotheek.
Een relatie (X) van ons heeft vorig jaar zijn woning verkocht en gaat na een half jaar een huurwoning gehad te hebben bij zijn vriendin wonen. De vriendin (Y) heeft vorig jaar als starter een woning gekocht.
Kan onze relatie zijn 'overgangsrecht bestaande eigenwoningschuld' gebruiken om de hypotheek van zijn vriendin deels om te zetten naar een aflossingsvrije lening? Er is sprake van een notarieel samenlevingscontract en verblijvensbeding. Deze vraag komt naar voren doordat er tevens sprake is van een verbouwing.
Een hypotheekadviseur nam contact op met de fiscale helpdesk van Fintool. Een relatie van hem had in 2013 zijn woning verkocht (box 1 hypotheek €200.000) en heeft eerder een andere woning gekocht (levering september 2014). In de tussenliggende periode is sprake van huur.
Bij eerdere navraag bij de Belastingdienst was het antwoord (van de Belastingdienst) dat het overgangsrecht 'bestaande eigenwoningschuld' voor zijn relatie niet meer van toepassing is, doordat aankoop/levering pas in 2014 valt.
Ondanks verwijzing naar artikel 10Bis.1 Wet IB2001, bleef de Belastingdienstmedewerker voet bij stuk houden. Wat nu?
Een relatie van ons heeft een overbruggingskrediet gesloten (maart 2011) en nu (gelukkig) de oude woning kunnen verkopen (levering maart 2014). Echter, de verkoopwinst valt tegen en de overbrugging kan niet volledig worden ingelost. De bank is bereid de huidige overbruggingshypotheek (na gedeeltelijke inlossing met overwaarde) om te zetten naar een vaste hypotheek. Valt deze lening nu onder het overgangsrecht, of dient deze annuïtair te worden afgelost?
Wij hebben de Kennisgroep van de Belastingdienst de volgende vraag voorgelegd:
Een hypotheekrelatie van ons zit met de volgende casus.
- Eigen woning, Box 1, € 100.000 (gemakshalve sinds 1 januari 2001);
- Deze woning is tijdelijk verhuurd sinds 1 juni 2012 (woning / hypotheek naar box 3), in afwachting van verkoop;
- Relatie koopt in 2013 een andere woning, oude woning is nog steeds verhuurd / nog niet verkocht.
Letterlijk heeft relatie op 31 december 2012 geen eigenwoningschuld – op grond van artikel 10bis.1.
Klanten hebben hun woning verkocht in 2012 en huren momenteel. Nu overwegen ze alsnog een eigen woning te kopen in 2013.
Om gebruik te kunnen maken van het overgangsrecht aangaande de hypotheken, moet er dit jaar een woning gekocht worden. Moet de daadwerkelijke overdracht met de bijbehorende hypotheek zijn gedaan voor 31/12/2013
Of volstaat een onvoorwaardelijk koopcontract en mag de levering in 2014 plaatsvinden?
Mijn relatie heeft een ander huis gekocht en heeft een hogere hypotheek nodig. Op de vorige woning zat een hypotheek van EUR 120.000 (box 1), saldo 31 december 2012. Deze lening was voor EUR 70.000 aflossingsvrij en EUR 50.000 levenhypotheek. Overwaarde EUR 20.000 wordt op nieuwe financiering in mindering gebracht.
De nieuwe geldverstrekker (een andere dan de huidige bank) heeft nu aanvullende info opgevraagd over de hoogte van het aflossingsvrije leningdeel. Ik heb namelijk voor de nieuwe hypotheek EUR 110.000 aflossingsvrij leningdeel aangevraagd. Dit is binnen de Gedragscode toegestaan (waarde woning EUR 250.000).
Ik vraag mij nu af of het relevant is dat de nieuwe geldverstrekker de hoogte van het aflossingsvrije deel weet.
Besluit vervallen - zie 'Intrekking diverse besluiten' artikel
Dit besluit bevat een goedkeuring waardoor de eerder genoten periode van renteaftrek niet in mindering komt op de periode waarin de eigenwoningschuld moet worden afgelost.
Daarnaast worden twee voorbeelden gegeven.
De Kennisgroep Verzekeringsproducten heeft na afstemming met het ministerie van Financiën een aantal vragen beantwoord die zien op het overgangsrecht met betrekking tot kapitaalverzekeringen
eigen woning (KEW), spaarrekeningen eigen woning (SEW) en beleggingsrechten eigen woning (BEW) als bedoeld in artikel 10bis.2 van de Wet IB 2001 en het besluit van 28 mei 2013, nr.
BLKB2013/956M (hierna: het besluit).
A verkoopt zijn woning in 2012 en koopt een nieuwe woning in 2013.
Hij had een hypotheek met NHG en gaat ook nu een hypotheek aan met NHG. Omdat hij gebruik maakt van het overgangsrecht bestaat de nieuwe hypotheek uit 50% waarde woning afl.vrij en de rest bankspaar. Hij heeft de vorige hypotheek sinds 2001 gehad en heeft zodoende nog 20 jaar recht op hypotheekrente aftrek. De vorige hypotheek was hoger dan de nieuwe.
Vraag: Dient de looptijd van het bankspaargedeelte nu een looptijd te hebben van 20 of mag het ook 30 jaar zijn?
Klanten van mij hebben nu een SEW bij X. Zij gaan verhuizen. De rente bij de nieuwe bank (Y) is lager dan bij X. Hierdoor daalt ook de spaarrente in de SEW. Oorspronkelijk doelkapitaal was € 160.000. De jaar premie bij X bedraagt E 1.200,00. De nieuwe premie wordt bij Y, zonder verhoging van het doelkapitaal E 1.600.
De vraag is of dit nu mag zonder verlies van vrijstellingen cq hypotheekrente aftrek
In het recente besluit "Overgangsrecht KEW" wordt in verband met het overgangsrecht gesproken ( Tijdelijke huur na 31 december 2012, gevolgd door koop ) over het kopen in het volgende kalenderjaar, waarbij de KEW weer in box 1 valt.
Wat is bepalend: de passeerdatum of het tekenen van de koopovereenkomst (zoals tijdens de invoering van de bijleenregeling gold en recentelijk met overgangsrecht hypotheken (onherroepelijke koopovereenkomst)?
Relatie X, hypotheek van € 100.000 / WOZ € 100.000, gehuwd in gemeenschap goederen. Partner overlijdt in 2013.
Moet de partner nu de helft van de verwerving annuïtair aflossen, net zoals bij scheidingen het geval is? Zij 'verwerft' immers de helft van de woning.
A heeft een huis met 100% spaarhypotheek van € 250000 (alles box1). Hij wil nu een andere woning kopen en heeft daarvoor een hypotheek nodig van € 350000( alles box1). Als hij nu de nieuwe hypotheek bij een andere geldverstrekker sluit kan hij dan voor de eerste € 250000 de spaarhypotheek voortzetten? Kan het spaarsaldo zonder problemen over naar de nieuwe geldverstrekker? En het "nieuwe geld" ( € 100000) valt uiteraard onder het nieuwe fiscaal regime en zal minimaal annuïtair gesloten moeten worden?
Maw : Hoe ziet eea eruit bij een nieuwe geldverstrekker?
Op basis van de huidige wettekst bleek dat uit het overgangsrecht voortvloeide dat de kapitaalverzekering eigen woning, beleggingsrecht eigen woning en de spaarrekening eigen woning (hierna gezamenlijk KEW) bij verkoop van de eigen woning zonder dat meteen een nieuwe eigen woning werd gekocht, de KEW niet langer als zodanig kwalificeerde en ging behoren tot de grondslag van box 3.
Is het mogelijk om ook in de toekomst jaarlijks extra stortingen te doen in een KEW mits de looptijd niet verlengd wordt en het doelkapitaal niet verhoogd?
----------------------------------------------------------------------------------
Een relatie van ons wenst zijn KEW (spaarhypotheek) om te zetten naar een SEW, maar vanwege een boeterente willen we pas 1 juli 2013 (einde huidige rentevaste periode) overstappen.
Gegeven 'ronde getallen' voor het gemak:
Hypotheek box 1: EUR 200.000, ingangsdatum 1 juli 1993
Ingangsdatum KEW: 1 juli 2004, garantiekapitaal EUR 150.000
Looptijd KEW: 30 jaar (tot 1 juli 2034)
Kan omzetting na 1 april 2013?
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.