Een consument heeft bij een hypotheekadviseur geïnformeerd naar mogelijkheden om de verbouwing van zijn woning te financieren. Omdat de adviseur vaststelde dat een verhoging van de hypothecaire lening niet haalbaar was, heeft zij Consument een persoonlijke lening geadviseerd.
In het Dienstverleningsdocument zijn de werkzaamheden en de daarvoor verschuldigde vergoeding ook daarop toegespitst.
Een hypotheek is na advies en bemiddeling tot stand gebracht, maar voor een veel lager bedrag en tegen minder gunstige voorwaarden dan in eerste instantie beoogd. De Commissie oordeelt dat de Adviseur op een cruciaal moment heeft nagelaten om verdere navraag te doen naar de deeltijdfactor in de arbeidsuren van Consument, terwijl hij had moeten weten dat die informatie voor de geldverstrekker van belang was.
Partijen zijn een opdracht van dienstverlening overeengekomen, waarin is opgenomen dat Consument geen kosten verschuldigd zal zijn indien de hypotheekaanvraag wordt afgewezen om redenen die bij Aangeslotene bekend waren.
Partijen zijn een opdracht van dienstverlening overeengekomen, waarop handgeschreven de tekst ‘geen offerte is geen kosten’ is vermeld. Tussen partijen is onenigheid ontstaan over de uitleg van deze bewoordingen. De Commissie oordeelt dat dient te worden gekeken naar de zin die partijen over en weer aan elkaars verklaringen en gedragingen mochten toekennen en hetgeen zij in dat kader redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (Haviltex-criterium).
Consument is een zelfstandige ondernemer en heeft advies ingewonnen bij een hypotheekadviseur teneinde een hypothecaire geldlening te verkrijgen. In het oriënterende gesprek heeft de hypotheekadviseur onterecht het (negatieve) eigen vermogen van Consument niet meegenomen in zijn beoordeling en heeft de aanvraag slechts gebaseerd op het gemiddelde jaarinkomen van de laatste drie kalenderjaren.
Minister Blok heeft de Tweede kamer een brief gestuurd over diverse toezeggingen en een motie met betrekking tot studieleningen. De toezeggingen betreffen de onderwerpen: aflossingsvrije hypotheken, de risico-opslag, advieskosten, woonboten, renteverschillen tussen aflossingsvrije en annuïtaire hypotheken, verzilverhypotheken en rentemiddeling.
In de overeenkomst is bepaald dat Consument voor de dienstverlening van de Adviseur een vast honorarium verschuldigd is van € 2.000,-. Echter, ook is in de overeenkomst opgenomen dat Consument geen bedrag verschuldigd is op het moment dat de bemiddeling van de Adviseur niet heeft geleid tot het afsluiten van een hypothecaire geldlening.
De klacht van Consument heeft betrekking op de kwaliteit van het verstrekte advies en de door de Adviseur verstuurde factuur. De Commissie oordeelt dat de Adviseur een passend advies heeft verstrekt. Voorts oordeelt de Commissie dat de Adviseur tweemaal de documentatie heeft overhandigd waarin de werkwijze en de kosten zijn beschreven.
Bij een substantiële wijziging van de bestaande hypothecaire geldlening mag de Bank daarvoor advieskosten in rekening brengen, mits voor de consument de mogelijkheid bestaat een onafhankelijk adviseur (met de vereiste vergunningen) in te schakelen. In dit geval was niet alleen sprake van een wijziging van de rentevorm, maar ook van de leenvorm.
Een consument is met de een hypotheekadviseur een overeenkomst aangegaan, op basis waarvan de adviseur advies- en bemiddelingswerkzaamheden voor de consument heeft verricht tegen een vergoeding van € 2.489,-. De adviseur heeft deze werkzaamheden gedeeltelijk niet naar behoren uitgevoerd. De vordering van de consument wordt derhalve gedeeltelijk toegewezen.
Een relatie van ons kantoor heeft vorig jaar een (extra) aflossing gedaan vanwege een schenking. Tijdens het (jaarlijkse) update gesprek kwam dit onderdeel aan de orde. Gezien de substantiële aflossing, zien wij mogelijkheden de rente te laten verlagen bij de geldverstrekker op grond van de resterende hypotheek en waarde van de woning.
Zijn de taxatie- / advieskosten voor het aan laten passen van de hypotheek (renteverlaging) wegens deze eerdere aflossing(en) fiscaal aftrekbaar? Er is geen sprake van een oversluiting naar een andere geldverstrekker, maar ‘enkel’ interne aanpassing van het rentetarief vanwege een gunstigere LTV-ratio.
Een goed advies kost geld. Kosten én kwaliteit zijn belangrijk bij de keuze van het juiste advies, stelt de AFM op basis van de 'AFM Consumentenmonitor'.
De AFM heeft aan de hand van de Marktmonitor voor Adviseurs en Bemiddelaars (voorheen het Self-Assessment financiële dienstverleners) de prijs van onafhankelijk hypotheekadvies berekend over de periode 2012 - 2014.
Consument heeft zich in verband met het afsluiten van een hypothecaire lening voor advies en bemiddeling tot zijn hypotheekadviseur gewend. Op basis van het aantal uren dat de hypotheekadviseur verwachtte aan de zaak te zullen besteden, is een prijsafspraak gemaakt. Nu door de hypotheekadviseur niet gemotiveerd is betwist dat de inventarisatie- en adviesfase niet zijn doorlopen omdat Consument direct na het oriënterende gesprek heeft besloten welke lening zij wilde afsluiten, acht de Commissie het redelijk dat de hypotheekadviseur de helft van
de uren die hij daarvoor had begroot aan Consument vergoedt.
Door het provisieverbod ervaart de helft van de beleggers meer inzicht in de kosten van beleggen en geeft aan een betere vergelijking te kunnen maken tussen de kosten van dienstverleners. Dat blijkt uit marktonderzoek van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft op 10 juli 2014 een bestuurlijke boete van €100.000 opgelegd aan een assurantiekantoor vanwege (te hoge) advieskosten voor het oversluiten van beleggingsverzekeringen.
Voor een relatie van ons hebben wij een financiering geregeld voor de restschuld die is ontstaan vanwege de verkoop van de voormalige koopwoning.
De restschuld bedraagt €30.000 en onze advieskosten €550. De rente over de lening is aftrekbaar, maar zijn de advieskosten ook aftrekbaar, nu er geen koopwoning aanwezig is (relatie is gaan huren).
Het televisieprogramma Tros Radar besteedde maandagavond 31 maart aandacht aan een aantal praktijksituaties, waarbij aanbieders een bonus betalen aan klanten voor het afsluiten van een product dat onder het provisieverbod valt. Een dergelijke bonus kan sturing in het advies van bemiddelaars opleveren, stelt de AFM.
Het Wijzigingsbesluit financiële markten 2015 bevat als onderdeel van de jaarlijkse wijzigingscyclus van nationale regelgeving op het terrein van de financiële markten een aantal wijzigingen van algemene maatregelen van bestuur die hun grondslag hebben in de Wet op het financieel toezicht (Wft), de Wet financiële markten BES (Wfm BES) en de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft).
In het besluit wordt de uitzondering op het provisieverbod voor het adviseren van consumenten met betalingsachterstanden inzake een hypothecair krediet nader omschreven.
Een aanbieder maakt een geldbedrag over aan de klant voor het afsluiten van een product dat onder het provisieverbod valt, zoals een pensioenverzekering of een overlijdensrisicoverzekering. Het geldbedrag is in principe vrij besteedbaar, maar wordt in de praktijk gebruikt voor de betaling van de advieskosten van een zelfstandige adviseur.
Minister Dijsselbloem van Financiën laat de Tweede Kamer weten dat financieel dienstverleners in het beheer van hun klantcontacten ook rekening dienen te houden met potentiële betalingsachterstanden en evt. te treffen betalingsregelingen. De Autoriteit Financiële Markten heeft hierover uiteg op haar website gepubliceerd over hoe de sector moet handelen in dat soort situaties.
De markt voor financieel advies is in 2013 in beweging gebracht met de invoering van het provisieverbod. Uit onderzoek van strategie consultant Simon-Kucher & Partners naar hypotheekadvies blijkt dat dit veranderproces nog lang niet klaar is.
45% van de consumenten is niet bereid om de huidige prijzen voor een volledig hypotheekadvies te betalen, en geeft de voorkeur aan het zelf regelen van een hypotheek of aan een online adviestraject. Hypotheekadviseurs moeten hun aanbod meer differentiëren om in te spelen op klantbehoeften en om competitief te blijven in de aantrekkende hypotheekadviesmarkt.
Starter koopt in 2013 aan, levering in 2014.
Ik bemiddel in 2013, factureer in 2013 en klant betaalt in 2013.
EWS ontstaat in 2014.
Wanneer zijn deze kosten aftrekbaar voor de relatie?
Indien in 2013: hoe en waar voer je deze kosten op?
De (AFM) consumentenmonitor is beschikbaar. In dit rapport worden de ontwikkelingen in het financiële keuzegedrag van consumenten beschreven die in de periode oktober 2012 tot en met maart 2013 een hypotheek hebben afgesloten.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.