Neem nu een abonnement op Fintool.nl
De betrouwbare vraagbaak voor financiële dienstverleners.
Abonneren Bekijk alle diensten
3 jun 2020 Nieuws

Feiten en omstandigheden wel/geen kraakwachtsituatie

Belanghebbende verhuist in 2015 samen met haar echtgenoot in het kader van een uitzending naar Curacao. Belanghebbende heeft met haar stiefzoon en zijn vriendin afgesproken dat zij gedurende haar buitenlandplaatsing in de woning kunnen verblijven.
  • Dagelijkse e-mail nieuwsbrief
  • Kennisbank met 1000+ artikelen
  • Rekenmodellen en downloads
  • Persoonlijk archief
  • Inclusief Permanent Actueel module!!

Ingevolge artikel 3.111, lid 6, Wet IB 2001 kan een woning die door de belastingplichtige niet als hoofdverblijf wordt gebruikt, en die hem voorheen als eigen woning ter beschikking heeft gestaan, onder bepaalde voorwaarden toch als eigen woning worden aangemerkt (de zogenaamde uitzendregeling). Een van die voorwaarden is dat de woning niet aan derden ter beschikking wordt gesteld (artikel 3.111, lid 6, letter a, Wet IB 2001).

Hoge Raad

"...Van zodanige verhuur aan of gedoogd gebruik van derden is geen sprake in een geval als het onderhavige waarin, naar de in cassatie niet bestreden vaststelling van het Hof, met een derde is overeengekomen dat hij zorg zal dragen dat de woning niet wordt gekraakt, en deze derde, behoudens een beperkte bijdrage in de energiekosten, geen vergoeding hoeft te betalen voor het daarmee gepaard gaande verblijf in de woning en hij de woning zal moeten verlaten zodra de eigenaar dat noodzakelijk acht. Dat die zogenoemde kraakwacht in het kader van de met hem overeengekomen werkzaamheid verblijf houdt in de woning, doet daaraan niet af..."

Bruikleenovereenkomst

De stiefzoon en de vriendin hebben de (nagenoeg) leegstaande woning, die zij volledig mochten gebruiken, zelf van spullen voorzien en ingericht. De overeenkomst is voor een bepaalde tijd aangegaan. Op grond van de bruikleenovereenkomst moeten zij de woning leeg achterlaten op het moment dat de overeenkomst eindigt. De vriendin drijft vanuit de woning een gastouderbureau. Dat is volgens de bruikleenovereenkomst toegestaan. De stiefzoon en de vriendin moeten alle zogenaamde huurderslasten betalen en zij hebben op eigen naam contracten gesloten met de energieleverancier en het drinkwaterbedrijf. Zij hebben ook zelf een inboedelverzekering afgesloten.

Hoofdmotief

Naar het oordeel van het hof is van een kraakwachtsituatie, zoals bedoeld in het kraakwachtarrest, slechts sprake als de overwegende beweegreden voor het aangaan van een bruikleenovereenkomst is gelegen in de wens om inbraak en/of kraak te voorkomen. Gelet op alle hiervoor vermelde feiten en omstandigheden, in onderlinge samenhang bezien, acht het hof belanghebbende, op wie de bewijslast rust, er niet in geslaagd aannemelijk te maken dat dit het hoofdmotief van de bruikleenovereenkomst is geweest. Integendeel, het hof acht op basis van die feiten en omstandigheden veeleer aannemelijk dat het hoofdmotief van belanghebbende is geweest om haar stiefzoon en de vriendin huisvesting te verlenen door de woning aan hen ter beschikking te stellen. Dat daarmee wellicht ook voldaan werd aan een wens van belanghebbende om de woning niet onbeheerd achter te laten, acht het hof niet ondenkbaar, maar van bijkomstige aard.

Tijdelijk gebruik door huiseigenaar

Dat belanghebbende en haar partner in de periode van de bruikleenovereenkomst mogelijk wel eens voor een korte periode verbleven in een kamer van de woning doet daar niet aan af. Dat is dan immers niet gebeurd omdat zij dat recht hadden, maar omdat de stiefzoon en de vriendin dat gebruik gedoogd hebben. Dat blijkt temeer uit de verklaring van belanghebbende op de zitting bij het hof dat dit tijdelijk verblijf in de woning alleen maar mogelijk was vanwege de familieverhouding.

Beslissing

Naar het oordeel van het hof is op grond van alle feiten en omstandigheden geen sprake van een kraakwachtsituatie als bedoeld in ECLI:NL:HR:2013:CA2316. Dat betekent dat vanaf dat moment de kosten van de woning niet meer als kosten eigen woning aftrekbaar zijn.

 

Bron: Rechtspraak.nl

Downloads

Downloads zijn alleen beschikbaar voor abonnees. Log graag in of neem een abonnement.

Lees ook…

Verhuisregeling woning in de verkoop en kraakwacht (expat)

In geschil is of na het vertrek van (het gezin van) belanghebbende naar België, de woning nog kwalificeert als ‘eigen woning’ in de zin van artikel 3.111 van de Wet IB 2001. Het geschil spitst zich toe op de vraag of de woning aan een derde ter beschikking is gesteld of dat sprake is van een kraakwacht-situatie.

Antikraak en hypotheekrenteaftrek

Belanghebbende is in loondienst werkzaam bij het ministerie van Defensie. Met ingang van 1 augustus 2014 is belanghebbende voor zijn werk uitgezonden naar [plaats] (Verenigde staten) voor de duur van drie jaren. De uitzending is met een jaar verlengd (hierna: de uitzendperiode). Belanghebbende heeft de hypotheekrente als aftrekpost opgevoerd.
De belastinginspecteur stelde dat er geen sprake was van een terbeschikkingstelling van de woning op basis van de 'antikraakwacht'. In hoger beroep is de belastinginspecteur in het ongelijk gesteld.

Uitspraak HR hypotheekrenteaftrek en kraakwacht

De Hoge Raad heeft een uitspraak gedaan in een geschil tussen belanghebbende en de Belastingdienst over de hypotheekrenteaftrek van een woning, waarvan de eigenaar wegens tijdelijke uitzending de woning door een kraakwacht heeft laten bewonen. De Belastingdienst stelde zich op het standpunt dat de hypotheekrente niet aftrekbaar was, doordat belanghebbende de woning aan een derde ter beschikking had gesteld in de zin van artikel 3.111, lid 6, letter a, van de Wet IB 2001, met als gevolg dat die woning niet kon worden aangemerkt als eigen woning van belanghebbende.

Rubrieken

Dossiers

Opvoerdatum

3 jun 2020

Laatst gewijzigd

3 jun 2020

Adresgegevens

Fintool

Telefoon 085 - 111 89 99
Telefax 085 - 111 88 80
E-mail: info@fintool.nl
KvK 27256668

Fintool bv © 2003/2024. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.