In deze studie (Engelstalig) onderzoekt CPB de invloed van dalende huizenprijzen op besparingen van Nederlandse huishoudens gedurende de periode 2008-2013. Hierbij maken we gebruik van gegevens van het CBS over inkomen, financiële bezittingen en schulden van alle Nederlandse huishoudens. Bovendien weten we van zowel koop- als huurwoningen de waarde vanuit de WOZ-gegevens.
De mate waarin financiële instellingen in de toekomst gegevens over klanten met elkaar mogen combineren, bepaalt de toekomst van de financiële sector. De vraag is in welke mate dit vanuit privacy-oogpunt toegestaan zal worden. Ook de mate van coördinatie binnen Europa zal zijn stempel drukken op hoe de financiële sector eruit gaat zien. Op basis van deze twee factoren onderscheidt het Centraal Planbureau (CPB) vier mogelijke toekomstscenario’s. Zo is het in de toekomst mogelijk dat het financiële systeem wordt gedomineerd door nationale banken; door grote Europese banken; door (eenvormige) grote internationale technologiebedrijven of door een diversiteit aan technologiebedrijven.
Pensioencontracten met een collectief vermogen genereren meer welvaart dan contracten met een individueel vermogen, doordat ze resulteren in een hoger of stabieler pensioen. Pensioencontracten met een collectief vermogen en een open spreidingsmechanisme voor schokken delen risico en rendement met toekomstige opbouw. Dat meldt CBP in haar publicatie.
VWS heeft in een verzoek aan het CPB een aantal vragen gesteld over het vrijwillig eigen risico in de zorg. Het vrijwillig eigen risico is een eigen risico dat een verzekerde in Nederland bovenop het verplicht eigen risico kan kiezen. Alle volwassen verzekerden kunnen kiezen voor een vrijwillig eigen risico van 100, 200, 300, 400 of 500 euro, of geen vrijwillig eigen risico. In de gepubliceerde CPB Notitie onderzocht het CPB het gedrag van verzekerden van 18 jaar en ouder en verzekeraars in de jaren 2006-2013.
Het is voor pensioenfondsen lastig tegelijk beleggingsrisico te nemen én het renterisico af te dekken. Het nemen van beleggingsrisico is nodig om de pensioenen betaalbaar te houden. Het afdekken van renterisico voorkomt dat het pensioen tegenvalt als de rente laag is. De vraag welk pensioenstelsel deze beide aspecten het beste kan combineren is actueel door de discussie over de toekomst van het Nederlandse stelsel.
In een publicatie van het CPB worden mogelijke transitiepaden voor afschaffing van de doorsneesystematiek binnen de huidige uitkeringsovereenkomst geschetst.
De doorsneesystematiek, waarin de premie en de opbouw van rechten (in % van het pensioengevend loon) voor alle deelnemers gelijk zijn, negeert het verschil in beleggingshorizon tussen inleg op jonge leeftijd en inleg op latere leeftijd. Dit leidt tot herverdeling, verstoring van de arbeidsmarkt en bemoeilijkt ruimere keuzevrijheid bij de inleg. Een overgang van de doorsneesystematiek naar degressieve opbouw leidt tot een hiaat in de pensioenopbouw van bestaande deelnemers, met name voor die rond middelbare leeftijd.
De studiegroep duurzame groei (SDG) rapporteert over mogelijke beleidshervormingen in de volgende kabinetsperiode. Als onderdeel van deze studiegroep heeft de werkgroep woningmarkt vier varianten uitgewerkt die bestaan uit maatregelen in de koop- en huursector. Op verzoek van de werkgroep woningmarkt hebben het CPB en het PBL de varianten doorgerekend, volgens dezelfde methode als in Kansrijk woonbeleid.
Het PBL heeft een inschatting gemaakt van de gevolgen van de varianten voor betaalrisico’s van huurders en vermogensrisico’s van kopers in 2021.
In 2012 en 2013 zijn er substantiële maatregelen genomen om de omvang van de hypotheekrenteaftrek te beperken. In een CPB studie wordt verklaard waarom er op dat moment wel voldoende draagvlak voor beperkende maatregelen was, terwijl deze maatregelen politiek lang onbespreekbaar waren, ondanks de vele rapporten van deskundigen. De omvang van de hypotheekrenteaftrek is sinds 1990 verviervoudigd met substantiële effecten op de huizenmarkt. Dit document bespreekt ook de achterliggende oorzaken van deze toename.
De Europese bankensector staat nog steeds bloot aan risico’s, omdat het Europese raamwerk voor banken nog gaten vertoont. Daarnaast zorgt het langdurige ruime monetaire beleid van de ECB samen met de aanhoudend lage rente voor nieuwe economische risico’s. Ook kan een nieuwe internationale standaardisatie van risico’s van hypotheken leiden tot een daling van het aantal verstrekte hypotheken in Nederland. Dat concludeert het CPB in zijn jaarlijkse Financiële Risicorapportage.
PBL en CPB hebben maatregelen doorgerekend op het gebied van de huur- en huurprijsregulering, het domein van de woningcorporaties, de hypotheekrenteaftrek, de overdrachtsbelasting en het eigenwoningforfait.
Hervorming van het Nederlandse woonbeleid kan grote doelmatigheidswinsten opleveren.
In ontwikkelde landen vormen huizenmarkten een belangrijk onderdeel van de economie. Beleidsmakers hebben daarom analyses nodig die kunnen helpen om recente ontwikkelingen op de huizenmarkt te onderkennen.
Het ministerie van SZW heeft het Centraal Planbureau verzocht om in te gaan op de gevolgen van een aanpassing van het wettelijk minimumloon voor de werkgelegenheid. Deze notitie gaat in op de werkgelegenheidseffecten van een wml op basis van het uurloon en het toepassen van ditzelfde minimumuurloon op werknemers die volgens stukloon betaald krijgen.
Directeur-grootaandeelhouders (DGA’s) zijn gevoelig voor fiscale prikkels. Ze betalen belasting over hun winst (vennootschapsbelasting (Vpb)), hun arbeidsinkomen (box 1) en hun kapitaalinkomen (box 2). Deze laatste belasting kan worden uitgesteld. Dit stelt CPB in een discussion paper.
Het CPB heeft een (Engelstalig) onderzoek gepubliceerd over het effect van ‘onder water’ staan en ‘onder water’ raken op de mobiliteit van huishoudens in de periode 2006-2012. Bepaalde huishoudens hebben in de onderzochte periode te maken gekregen met een hypotheekschuld die hoger is dan de waarde van hun huis.
Dit paper (Engelstalig) bestudeert de invloed van een verandering van bereikbaarheid op huizenprijzen aan de hand van een natuurlijk experiment: de opening van de Westerscheldetunnel in 2003.
De resultaten laten zien dat een toename van de bereikbaarheid met 1% gemiddeld 0,8% toename van de huizenprijzen teweegbrengt.
Uit experimenteel onderzoek blijkt dat mensen de neiging hebben om weinig of geen gewicht toe te kennen aan opportunity kosten in economische beslissingen. In een CPB Discussion Paper (Engelstalig) wordt hier nader op ingegaan.
Privaat verzekerde bedrijven presteren tot nu toe niet beter op het vlak van preventie en re-integratie dan niet-privaat verzekerde bedrijven. Dat was tien jaar geleden bij de introductie van de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA) wel de verwachting. Dit blijkt uit een publicatie van CPB.
Het Centraal Planbureau (CPB) heeft een voorlopige raming gepubliceerd ten behoeve van de afronding van de besluitvorming over de ontwerpbegroting en het belastingplan van 2016, die op Prinsjesdag worden gepresenteerd.
In opdracht van het kabinet heeft het CPB in het kader van de Nationale Pensioendialoog onderzoek gedaan naar pensioenstelsels in andere landen. Zie download voor CPB rapport.
De langdurige werkloosheid daalt als de economie herstelt, maar dat verhelpt de problemen voor oudere langdurig werklozen slechts ten dele. Voor een structurele aanpak van het probleem zijn institutionele aanpassingen nodig. Dat concluderen de CPB-onderzoekers Marloes de Graaf-Zijl, Albert van der Horst en Daniel van Vuuren in de CPB Policy Brief ’Langdurige werkloosheid: afwachten en hervormen’.
In zijn jaarlijkse risicorapportage besteedt het CPB extra aandacht aan de pensioen- en de verzekeringssector. Ook wijst het CPB op de risico’s die zijn verbonden aan de onvolledigheid van het Europese institutionele raamwerk voor banken en langdurig ruim monetair beleid en besteedt het aandacht aan de privatisering van banken en verzekeraars.
Een verlaging van de maximale hypotheek in relatie tot de waarde van het huis (Loan-to-Value limiet) naar 90% pakt het onderliggende probleem van overmatige schuldopbouw op de hypotheekmarkt niet aan.
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft het Centraal Planbureau (CPB) gevraagd om een raming te maken van het verkorten van de loondoorbetaling bij ziekte van twee naar één jaar.
Een verschuiving van de landelijke inkomstenbelasting naar een onroerendezaakbelasting (OZB) op woninggebruik of een ingezetenenheffing biedt gemeenten de mogelijkheid om beter in te spelen op de lokale wensen, stelt het CPB.
Er zijn diverse alternatieven voor de belastingheffing op financieel vermogen (box 3), stelt het CPB. Momenteel wordt een fictief (forfaitair) rendement van 4% op alle box-3-vermogens belast. Huishoudens met grotere vermogens blijken een (relatief) hoog rendement te kunnen halen doordat hun vermogen voor een groter deel bestaat uit activa met een hoog (langjarig) rendement.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.