De betaalbaarheid van koopwoningen is zeer gunstig en in de afgelopen jaren ook sterk verbeterd. Door de gedaalde rente zijn de woonlasten voor kopers zelfs in drukgebieden zeer gunstig. De financierbaarheid van de koopwoning staat echter van alle kanten onder druk. Met name de starters betalen de prijs van strenge inkomensnormen die geen rekening houden met normale loopbaanperspectieven en met de eis om steeds meer eigen geld te moeten investeren in de woning. De positie van de starter op de hypotheekmarkt is met eenvoudige maatregelen te verbeteren, maar deze komen niet of nauwelijks aan bod in de verkiezingsprogramma’s van de politieke partijen.
Dit concludeert het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in de verschenen studie ‘Woningmarktbeleid in de komende regeerperiode’, een verkenning van beleidsmaatregelen aan de hand van verkiezingsprogramma’s
Een DGA kan een hypotheek afsluiten bij zijn/haar eigen BV. In een rekenmodel (aflossingsvrij / annuïteitenhypotheek) wordt een vergelijking gemaakt tussen lenen bij de bank en lenen bij de (eigen) BV. Doordat spaargeld van een BV laagrentend is en de hypotheekrente veelal hoger is, kan de BV rendement maken op het vermogen. Het (extra) rendement kan vervolgens via dividend worden uitgekeerd aan de DGA.
Regelmatig dient een hypotheekadviseur de 'bestaande eigenwoningschuld' vast te stellen om o.a. de maximale hoogte van een aflossingsvrije lening vast te stellen.
Van de ruim 2 miljoen huiseigenaren met een volledige of gedeeltelijk aflossingsvrije hypotheek maakt 16 % zich zorgen over de aflossing van de hypotheekschuld op de einddatum. De helft heeft hierover contact gehad met een adviseur. De andere helft stelt een dergelijk gesprek uit of verwacht er weinig van, of hikt aan tegen de hogere maandlasten van een andere hypotheekvorm. Veel gehoorde opmerkingen zijn ‘nog geen tijd voor gehad’ of ‘speelt nu nog niet’. Geen probleem is betaalbaarheid van de aflossingsvrije hypotheek, ook niet na pensionering.
Een en ander blijkt uit onderzoek (zie download) van Vereniging Eigen Huis.
De hypotheekrenteaftrek voor een huiseigenaar is afgewezen wegens het ontbreken van een aflosschema. De huiseigenaar had de woning uit een erfenis verkregen. Op de woning was reeds een aflossingsvrije hypotheek gevestigd, welke na verkrijging uit de nalatenschap niet omgezet was naar een annuïtaire / lineaire hypotheek.
Minister Blok heeft de Tweede kamer een brief gestuurd over diverse toezeggingen en een motie met betrekking tot studieleningen. De toezeggingen betreffen de onderwerpen: aflossingsvrije hypotheken, de risico-opslag, advieskosten, woonboten, renteverschillen tussen aflossingsvrije en annuïtaire hypotheken, verzilverhypotheken en rentemiddeling.
Een relatie (X) van ons heeft vorig jaar zijn woning verkocht en gaat na een half jaar een huurwoning gehad te hebben bij zijn vriendin wonen. De vriendin (Y) heeft vorig jaar als starter een woning gekocht.
Kan onze relatie zijn 'overgangsrecht bestaande eigenwoningschuld' gebruiken om de hypotheek van zijn vriendin deels om te zetten naar een aflossingsvrije lening? Er is sprake van een notarieel samenlevingscontract en verblijvensbeding. Deze vraag komt naar voren doordat er tevens sprake is van een verbouwing.
Het aantal woningverkopen (ruim 37.100) en zeker het aantal hypotheekaanvragen (92.600) laten in het tweede kwartaal van 2015 een flinke stijging zien ten opzichte van het vorige kwartaal. Dit beeld van stijgende aantallen past weliswaar in het normale seizoenpatroon, maar de stijgingspercentages zijn hierbij wel uitzonderlijk hoog. Daarnaast zet het koopprijsherstel zich voor het zesde opeenvolgende kwartaal voort. Er is dus sprake van een zeer goed tweede kwartaal 2015, dat veelbelovend is voor de tweede helft van dit jaar. Dit blijkt uit de 'Monitor Koopwoningmarkt'.
Een consument heeft via Kifid een klacht ingediend over zijn hypotheekadviseur. De consument stelt dat de adviseur hem onvoldoende heeft geïnformeerd over de risico’s en de betaalbaarheid van de geldlening in de toekomst. Ook wordt geklaagd dat er sprake is van overkreditering. In het adviesrapport waren diverse 'disclaimers' opgenomen.
Wijzer in geldzaken heeft een onderzoek gedaan. Van de Nederlandse huizenbezitters overweegt 13 procent om binnen nu en twee jaar een nieuwe woning te kopen.
Het onderzoek geeft inzicht in de beweegredenen en belemmeringen die deze potentiële kopers tegenkomen bij de zoektocht naar een nieuw huis.
Een kwart van de huizenbezitters die opnieuw gaan kopen verwacht een restschuld.
Vorig jaar heeft een relatie van ons een kleine schenking gekregen (€20.000), welke gebruikt is voor het aflossen van een eigenwoningschuld (box 1).
Nu heeft relatie verbouwingsplannen (€30.000) en wenst relatie gezien de huidige forse overwaarde dit leningdeel aflossingsvrij aan te vragen. Kan dit?
Een relatie van ons heeft een overbruggingskrediet gesloten (maart 2011) en nu (gelukkig) de oude woning kunnen verkopen (levering maart 2014). Echter, de verkoopwinst valt tegen en de overbrugging kan niet volledig worden ingelost. De bank is bereid de huidige overbruggingshypotheek (na gedeeltelijke inlossing met overwaarde) om te zetten naar een vaste hypotheek. Valt deze lening nu onder het overgangsrecht, of dient deze annuïtair te worden afgelost?
Een relatie van ons gaat nieuwbouw kopen, maar heeft op dit moment reeds een koopwoning (met naar verwachting overwaarde).
Wordt de nieuwe hypotheek (€200.000) dan (volledig) annuïtair?
Huidige hypotheek €100.000 met verwachte overwaarde van €25.000
Verkoopt u uw woning met verlies? Vanaf 2013 kunt u de rente en kosten voor een restschuldlening maximaal 10 jaar van de belasting aftrekken. Dit is een tijdelijke regeling. Het kabinet komt hiermee huiseigenaren tegemoet die bij verkoop van hun woning een restschuld over houden.
Klanten hebben hun woning verkocht in 2012 en huren momenteel. Nu overwegen ze alsnog een eigen woning te kopen in 2013.
Om gebruik te kunnen maken van het overgangsrecht aangaande de hypotheken, moet er dit jaar een woning gekocht worden. Moet de daadwerkelijke overdracht met de bijbehorende hypotheek zijn gedaan voor 31/12/2013
Of volstaat een onvoorwaardelijk koopcontract en mag de levering in 2014 plaatsvinden?
Mijn relatie heeft een ander huis gekocht en heeft een hogere hypotheek nodig. Op de vorige woning zat een hypotheek van EUR 120.000 (box 1), saldo 31 december 2012. Deze lening was voor EUR 70.000 aflossingsvrij en EUR 50.000 levenhypotheek. Overwaarde EUR 20.000 wordt op nieuwe financiering in mindering gebracht.
De nieuwe geldverstrekker (een andere dan de huidige bank) heeft nu aanvullende info opgevraagd over de hoogte van het aflossingsvrije leningdeel. Ik heb namelijk voor de nieuwe hypotheek EUR 110.000 aflossingsvrij leningdeel aangevraagd. Dit is binnen de Gedragscode toegestaan (waarde woning EUR 250.000).
Ik vraag mij nu af of het relevant is dat de nieuwe geldverstrekker de hoogte van het aflossingsvrije deel weet.
Ruim één op de vijf huizenbezitters met een hypotheek boven de 75.000 euro overweegt om nu af te gaan lossen op de aflossingsvrije delen van de hypotheek. Als belangrijkste redenen noemen zij het rendement op sparen en het terugbrengen van een mogelijke (rest)schuld aan het einde van de looptijd van de hypotheek. Veertig procent van de huizenbezitters twijfelt tussen sparen of aflossen. Dit blijkt uit een onderzoek van TNS NIPO in opdracht van de ING.
Klant heeft huis te koop staan (sinds 2011) en heeft hypotheek van (€ 100.000,=), box 1, bedrag 31 december 2012).
Stel verkoopt huis (in 2013) en klant gaat tijdelijk huren. Tot wanneer mag klant dan nog van oude regeling gebruik maken en de lening (deels) aflossingsvrij financieren?
Minister Blok had in het algemeen overleg met de vaste commissie voor Wonen en Rijksdienst op 10 april jl. over de koopwoningmarkt toegezegd inzichtelijk te maken hoeveel door belastingplichtigen gebruik is gemaakt van het overgangsrecht tot 1 april.
In 2012 hadden zestigplussers met een hypotheek veel vaker dan jongere huiseigenaren een aflossingsvrije hypotheek. Ruim een derde van de woningeigenaren van 60 jaar en ouder heeft geen hypotheek meer op de woning.
Dit blijkt uit woensdag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De redactie van Fintool beantwoord ook vragen van abonnees. Voorbeelden van interessante vragen / cases komen regelmatig in de nieuwsbrief omdat deze vaak voor veel lezers interessant zijn.
Hier een vraag over het 'overgangsrecht hypotheken bestaande op 31 december 2012'.
Naar aanleiding van het verzoek van de Commissie voor Wonen en Rijksdienst is een afschrift van de antwoordbrieven aan de Organisatie van Financiële Dienstverleners (OvFD) en Adfiz met betrekking tot de overgangstermijn aanpassing bestaande hypotheken gepubliceerd.
De Tweede Kamer heeft een motie aangenomen die regelt dat meer mensen gebruik kunnen maken van een overgangsregeling voor het omzetten van hypotheken.
De motie was ingediend door Raymond Knops.
Mensen die voor 1 april 2013 een aanvraag hebben ingediend voor het omzetten van hun aflossingsvrije hypotheek naar een spaarhypotheek, kunnen nu alsnog gebruik maken van een speciale overgangsregeling. Ze moeten dan kunnen aantonen dat ze voor 1 april om omzetting gevraagd hebben bij hun bank of verzekeraar, ze moeten een schriftelijk bericht kunnen overleggen waarin hun verzoek is afgewezen. Dat geldt ook in die gevallen waarin eerder gemeld was dat het administratief niet meer geregeld kon worden voor 1 april.
Tienduizenden mensen hebben de afgelopen maanden afscheid genomen van hun aflossingsvrije hypotheek.
De grote banken zeggen dat veel mensen op het laatste moment ervoor gekozen hebben om daarvoor in de plaats een bankspaarhypotheek te nemen, schrijft NOS.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.