Bij echtscheidingen spelen ook vermogensopbouwproducten, zoals kapitaalverzekeringen, vaak een rol. Een juiste verdeling is belangrijk, net als het moment waarop de verzekeraar tot actie moet komen. Zelfs als het Gerechtshof in een arrest een verzekering in een slepende echtscheidingsprocedure beveelt toe te scheiden aan de man, hoeft dat nog niet te betekenen dat de ex-vrouw geen rechten meer heeft ten aanzien van die verzekering. Dat blijkt uit een uitspraak van de Commissie van Beroep van het Kifid op 11 maart 2020.  

Wanneer een klant een klacht heeft over een financieel product of financiële dienst, dan zal hij geneigd zijn zo snel mogelijk een klacht in te dienen bij de financiële dienstverlener. Soms realiseert een klant zich pas na lange tijd dat het product of de dienst niet overeenstemt met zijn wensen. Er kunnen soms jaren overheen gaan, voordat de klant zich dit realiseert. Het kan dan zo zijn dat de klacht ‘verjaard’ is. Dat wil zeggen dat als de klant alsnog een klacht indient, deze te laat wordt ingediend om nog in behandeling genomen te kunnen worden. Het Kifid publiceerde op 3 april 2020 een zevental uitspraken, waarin een verjaringstermijn een rol speelt.

Op 1 januari 2015 zijn enkele wetten aangepast, die van invloed zijn op het geven van een passend financieel advies. In dit bericht geven we, met betrekking tot de module Basis, daarvan een beknopt overzicht.

Op 1 januari 2012 wijzigde de ingangsdatum van de AOW  naar de dag waarop men 65 werd, in plaats van de eerste dag van de maand waarin men die leeftijd bereikte. Sinds 2013 wordt de AOW-leeftijd stapsgewijs verhoogd naar de dag waarop men 67 jaar wordt. Parallel hieraan zijn de fiscale kaders voor pensioenopbouw aangepast. De Belastingdienst heeft een aantal publicaties gedaan over de nieuw toegestane maxima van pensioenopbouw.

Na iemands overlijden worden (door de erfgenamen) twee aanwijzingen gevonden dat hij geldbedragen heeft opgeborgen in een afgesloten kastje (locker) op een bedrijf waar de overledene vrijwilligerswerk uitvoerde. De eerste aanwijzing werd gevonden bij het opruimen van de kamer van de overledene en de tweede maanden later in de administratie. Toen bleek het slot van het kastje, door dat bedrijf, te zijn opengeslepen. Volgens de broer (erfgenaam) is het geld uit de locker verdwenen. Het bedrijf heeft, bij het openen van de locker, echter geen geld aangetroffen. Het eventueel verdwenen geld, valt volgens het Kifid, niet onder de dekking voor gewelddadige beroving.

Een assurantietussenpersoon adviseert in, bemiddelt in en beheert schadeverzekeringen. Een klant heeft een opstalverzekering gesloten en wil deze aanpassen. De tussenpersoon geeft aan dat de wijze van dienstverlening is gewijzigd en dat de klant voortaan moet betalen voor advies en/of voor beheer. De klant gaat hier echter niet mee akkoord.

Om te berekenen hoe hoog de jaarruimte is, heeft de adviseur Vermogen de factor A nodig. Deze factor A haalt de adviseur uit het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) van 2014. Dit UPO wordt voor 1 oktober 2015 verstuurd naar deelnemers in een pensioenregeling.

In de wet is een beperkte vergoeding van schade als gevolg van een overlijden geregeld. De praktijk was naar huidige maatschappelijke opvattingen te strak in de leer. Benadeelden begrijpen dit niet. De nieuwe Letselschaderichtlijn moet meer rekening houden met de positie van de nabestaanden. Het doel is een evenwichtige begroting van de schade te krijgen binnen de grenzen van het Burgerlijk Wetboek.  

Een klant wil zelfstandig beleggen. Hij opent hiervoor een beleggingsrekening bij een bank. Deze bank biedt het gewenste beleggingsplatform alleen execution only aan. De klant kan dus op geen enkele wijze aanspraak maken op advies. De klant gaat vervolgens beleggen in een specifiek soort derivaten, zogenaamde Contracts for Difference (CfD’s). Hij leidt daarmee gedurende 3 jaar en 9 maanden telkens verlies. Dit verlies claimt hij vervolgens terug bij de bank.

De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft aan ‘t Sorgh & Huis BV – bij consumenten bekend als Maesons- een bestuurlijke boete opgelegd van € 31.250. Maesons heeft ten onrechte aan consumenten een vergoeding in rekening gebracht voor de dienstverlening in consumptief krediet.