Een echtpaar koopt een auto en financiert die met een consumptief krediet. Dit krediet loopt via de vaste kredietverstrekker van de dealer (BMW). In de algemene voorwaarden van dit krediet staat een kwijtscheldingsregeling bij overlijden van de kredietnemer. De man overlijdt plotseling en de vrouw doet een beroep op deze kwijtscheldingsregeling. Dan ontstaat er discussie over de uitleg van de algemene voorwaarden. De zaak wordt voorgelegd aan het Kifid.

Een beleggingsstrateeg van een vermogensbeheerder ontdekte dat er een fout zat in de forfaitaire box 3-rendementen. Deze rendementen zijn namelijk niet geheel fictief, maar worden berekend op basis van langjarige gemiddelden. Het Ministerie van Financiën erkende deze fout voor de jaren 2019 en 2020. De percentages worden met terugwerkende kracht aangepast. De fouten hebben echter geen grote gevolgen voor belastingplichtigen.

Een consument vraagt een autoverzekering aan en vult daarvoor op de juiste wijze het aanvraagformulier in. Op de gestelde vragen worden juiste antwoorden gegeven. De verzekeraar besluit de consument echter toch af te wijzen, vanwege een CIS-registratie. De consument is het daar niet mee eens. Het Kifid buigt zich over de vraag of een verzekeraar op basis van de in CIS opgenomen informatie de verzekering mag weigeren.

NHG past tijdens het jaar 2020 haar Voorwaarden en Normen (V&N) aan. Vanaf 1 juni 2020 gaan de nieuwe V&N 2020-2 in. Enkele wijzigingen mogen al per direct (31 maart 2020) toegepast worden. Daarnaast verduidelijkt NHG een regel over het meefinancieren van bepaalde kosten bij een aanvullende lening. Tot slot benadrukt NHG de mogelijkheden om een beroep te doen op de hardheidsclausule in het kader van de coronapandemie.  

Het onderwerp opzet bij een aansprakelijkheidsverzekering is al lang onderwerp van discussie. Er is een moreel aspect: wil de verzekeraar een crimineel die met opzet schade toebrengt verzekeren,  waardoor het slachtoffer schadevergoeding kan claimen, of wil de verzekeraar geen ongewenst gedrag verzekeren. Verzekeraars willen opzet niet verzekeren en dat ook heel duidelijk in de polisvoorwaarden verwoorden. Het Verbond van Verzekeraars (Verbond), heeft voor dit juridische aspect een oplossing gepresenteerd.

Tijdens de kredietcrisis ontwikkelde NHG de Woonlastenfaciliteit (WLF). Deze faciliteit biedt sinds 1 juli 2009 mogelijk om betalingsachterstanden op te vangen. Er is echter weinig gebruik van gemaakt. Dat komt vooral doordat de geldverstrekker zelf deze mogelijkheid liever niet aanbood. NHG wil de WLF nieuw leven inblazen in het kader van de coronacrisis. Speciaal voor door corona getroffen geldnemers is de WLF enigszins verruimd.

In juli 2019 oordeelde het Gerechtshof Amsterdam over de fiscale gevolgen van het tijdelijk verhuren van een tuinhuisje via Airbnb. Dat Hof oordeelde toen dat het tuinhuisje wel bij de woning hoorde, maar dat de huurinkomsten niet belast zijn in box 1. Wel zou, volgens het Hof, het tuinhuisje tijdens de verhuur in box 3 vallen. Voor het Hof Den Haag speelde een vergelijkbare zaak: een vrouw verhuurde een kamer van haar eigen woning een paar keer via Airbnb. Zij gaf de huurinkomsten niet op, terwijl de belastinginspecteur vond dat ze dat wel had moeten doen. Over 70% van de huurinkomsten zou inkomstenbelasting verschuldigd zijn. Het Hof Den Haag komt vervolgens tot een andere conclusie, maar die wijkt ook af van het eerdere oordeel van het Hof Amsterdam.

Vanaf 1 juli 2015 zijn werkgevers, die een arbeidsovereenkomst opzeggen, verplicht de werknemer een transitievergoeding te betalen. Over de uitvoering van deze regeling ontstonden veel juridische vragen. Op 14 september 2018 heeft de Hoge Raad in cassatie uitgesproken dat bij substantieel deeltijdontslag er recht is op een gedeeltelijke transitievergoeding. Nog niet beantwoord was de vraag of ook sprake kan zijn van een gedeeltelijke transitievergoeding bij herplaatsing in een lager betaalde functie. Op 17 april 2020 heeft de Hoge Raad hierover een prejudiciële beslissing genomen.

Op 17 maart 2020 kondigde de regering ingrijpende maatregelen aan om de financiële en maatschappelijke gevolgen van de coronacrisis het hoofd te bieden. Sindsdien zijn er diverse zaken verduidelijkt, uitgebreid en toegelicht. Maar de maatregelen zouden slechts beperkt gelden. Bovendien blijken ze niet altijd voldoende om consumenten of bedrijven uit de problemen te houden. Daarom is op 20 mei 2020 een nieuwe ronde steunmaatregelen afgekondigd. In dit artikel bespreken we de belangrijkste steunmaatregelen van dit noodpakket 2.0. Het is te verwachten dat in de loop der tijd ook hierin weer kleine aanpassingen of toevoegingen gedaan zullen worden. Dit artikel wordt geschreven naar de kennis van 20 mei 2020.

Veel geldverstrekkers bieden huizenbezitters met een hypotheek een betaaluitstel aan als zij in de problemen komen vanwege het coronavirus. Het wordt ook wel ‘betaalpauze’ genoemd, maar dat suggereert dat er simpelweg een tijdje niet betaald hoeft te worden, terwijl de achterstanden wel tijdig ingelopen moeten worden. Het inlopen van achterstanden op de hypotheek stuitte ook op fiscale grenzen: bij het niet tijdig inlopen van de achterstand, kan een eigenwoningschuld verhuizen naar box 3. Via een besluit is hiervoor nu een oplossing gevonden.