De bruto hypotheeklasten blijven bij een vastgezette rente gelijk. Met een huurwoning stijgt de huur jaarlijks. In dit rekenmodel is een vergelijking gemaakt tussen de gelijkblijvende hypotheeklast en de stijgende huur. Ook is inzichtelijk gemaakt wat de hypotheeklasten na inflatie zijn, afgezet tegen de gestegen huurlast na inflatie.

Het gemiddelde aan huurstijgingen bij woningcorporaties mag volgend jaar niet hoger zijn dan 2,4 procent. Het optrekken van de huur na een verhuizing telt daarin mee.

In een circulaire worden de aanpassingen in het woningwaarderingsstelsel (WWS) beschreven. De aanpassingen gaan in per 1 juli 2016. Daarnaast zijn er beoogde aanpassingen per 1 oktober 2016. Deze aanpassingen hebben uitsluitend betrekking op zelfstandige woningen. Het WWS voor onzelfstandige woningen, woonwagens en standplaatsen blijft ongewijzigd.

De woninghuren stegen in juli 2015 met gemiddeld 2,4 procent. Dit is aanzienlijk lager dan in dezelfde maand in 2013 en 2014, toen de huren met 4,7 en 4,4 procent stegen. De belangrijkste oorzaak voor de lagere stijging is de lagere inflatie. Daarnaast krijgen huurders minder vaak de maximale huurstijging opgelegd. Dat meldt CBS.

Verhuurders van zelfstandige huurwoningen in het gereguleerde segment (‘sociale huur’) kunnen ook dit jaar het inkomen een rol laten spelen bij de jaarlijkse huurverhoging. Dat betekent dat zij voor midden- en hogere inkomens bovenop de basishuurverhoging de wettelijke opslag van respectievelijk een 0,5% en 2,5% mogen toepassen. De basishuurverhoging bedraagt per 1 juli 2015 maximaal 2,5%.

De effecten van de tijdelijke verhoging van de inkomensgrens en bevriezing van de liberalisatiegrens zijn doorgerekend door het PBL.

In ’s-Hertogenbosch worden de woonlasten voor steeds meer huurders van een sociale huurwoning onbetaalbaar. Waar dit in 2010 nog het geval was voor 21% van de huurders, is dit aandeel in 2013 opgelopen tot 26%. Naar verwachting gaat dit percentage in de komende jaren nog substantieel stijgen tot 37% in 2018. Dit zijn verontrustende uitkomsten uit het onderzoek ‘Doelgroepen en woonlasten in de gemeente ’s-Hertogenbosch’. De resultaten van dit onderzoek zijn echter niet alleen voor ’s-Hertogenbosch van toepassing. Een landelijk onderzoek naar woonlasten door het bureau OTB in Delft laat een vergelijkbaar beeld zien .

Er bestaan bij woningcorporaties nogal wat misverstanden en onduidelijkheden over de behandelingen van bezwaarschriften tegen de inkomensafhankelijke huurverhogingen. Daarom heeft Aedes een aantal vragen en antwoorden hierover op een rijtje gezet.

Minister Blok heeft op 24 april 2013 een regeling gepubliceerd waarin hij de groep chronisch zieken en gehandicapten aanwijst die bezwaar kan maken tegen de inkomensafhankelijke huurverhoging.

De TU Delft heeft een rapport met de effecten van het huurbeleid uit het voorjaarsakkoord wonen en het regeerakkoord Rutte II op de ontwikkeling van de woonuitgaven gepubliceerd.