De markt voor duurzaam sparen en beleggen is vorig jaar met 8,4 procent gegroeid tot 14,25 miljard euro. Met name de spaartegoeden bij banken als Triodos en ASN namen toe.

Financiële instellingen zien hun eigen inkomsten teruglopen en jagen daarom op het vakantiegeld dat in mei wordt uitgekeerd. Zij proberen consumenten te interesseren het geld te steken in bank- en verzekeringsproducten die meer ’zekerheid’ bieden dan hun salarisrekening.

Leaseplan gaat een internetspaarbank voor particulieren beginnen. Spaargeld moet voor het autoleasebedrijf een additionele bron van financiering worden, nu institutionele beleggers het bedrijf nauwelijks nog geld willen lenen, zonder garanties van de overheid.

Het omvallen van de internetspaarbank Icesave kost de Nederlandse Staat niet 92 miljoen euro, waarop men aanvankelijk rekende, maar waarschijnlijk 106 miljoen euro.

Internetsparen boet in aan populariteit. Huishoudens hadden eind vorig jaar gemiddeld 7 600 euro aan spaargeld op een internetspaarrekening staan. Eind 2007 was dit nog 9 200 euro. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.

Stunters op de Nederlandse spaarmarkt zoals Credit Europe Bank en NIBC, verwachten dat zij de rentetarieven de komende maanden fors gaan verlagen.

Sinds december 2008 hebben Nederlandse huishoudens netto voor 14,6 miljard euro ingelegd op snel opneembare spaarrekeningen. Het saldo op vaste spaarrekeningen is afgenomen.

De bewindvoerders die de failliete boedel van Icesave afhandelen hebben voor schuldeisers de 20,1 miljoen euro opgeëist die Icesave aan kasgeldreserve had gestald bij DNB opgeëist. DNB wil dat geld eerst verrekenen met de betalingen die vallen onder het depositogarantiestelsel en dan pas met de bewindvoerders afrekenen.

Nederlanders zijn hun spaargeld meer gaan spreiden. Zo willen ze ook het risicoo spreiden op verlies van hun spaargeld bij een onverhoopt faillissement van de bank. Ook zijn ze huiveriger voor buitenlandse banken geworden sinds de problemen bij Icesave.

Op 7 oktober loopt in Nederland de garantie op spaartegoeden tot 100.000 euro per rechtspersoon af. Het is volgens Het Financieele Dagblad niet duidelijk wat daarna gebeurt.