Pensioenfondsen herstellen zich

De verhouding tussen het belegd vermogen en de verplichtingen ven pensioenfondsen is nu terug op het niveau van voor de ‘pensioencrisis’ die in 2001 inzette. Een beurskrach, een rentedaling en een decennium met te lage pensioenpremies ondermijnden toen de financiële positie van de pensioenwereld.

Door de stijgende rente lijden de pensioenfondsen wel verliezen op hun effecten met vaste rente, zoals obligaties, maar de gunstige invloed op hun verplichtingen is veel groter. Door de oplopende rente daalt de huidige waarde van hun pensioenverplichtingen. Beleggingen in aandelen en private equity gaven rendementen van rond 10 procent of meer. De positieve rendementen pakken gunstig uit voor de verhouding tussen belegd vermogen en pensioenverplichtingen, de zogeheten dekkingsgraad.

De dekkingsgraag bij ABP steeg met ruim 15 procent naar bijna 149 procent, bij PGGM (87 miljard euro vermogen) met 4,9 procent naar 153 procent, bij Pensioenfonds Metaal en Techniek met 3,8 procent naar 153 procent, bij het Metalektro fonds met 2,2 procent naar 136 procent en bij het Spoorwegpensioenfonds met 4,7 procent naar 198 procent.

Bron: NRC Handelsblad, 20-07-2007