MijnFintool

Nieuws

Kamervragen over BNC-fiche herziening richtlijn consumentenkrediet

Minister Kaag gaf antwoord op vragen en opmerkingen uit het schriftelijk overleg over het BNC-fiche herziening richtlijn consumentenkrediet.

Huidig

Huur en lease vallen niet onder de huidige reikwijdte van de Europese richtlijn voor consumentenkrediet 2008/48/EG. Ook in Nederlandse wetgeving is lease en huur uitgezonderd van de toepassing van de Wet op het financieel toezicht (Wft) en de regels met betrekking tot consumptief krediet in het Burgerlijk Wetboek (titel 2a van Boek 7). Wettelijk gezien gelden nu de regels omtrent de huurovereenkomst uit Boek 7 (art. 7:201 Burgerlijk Wetboek). Naast specifieke regels voor huurovereenkomsten, zijn ook de algemene regels van het overeenkomstenrecht van toepassing. Zo wordt de consument beschermd als de algemene voorwaarden onredelijk bezwarend zijn en mag een aanbieder zich niet schuldig maken aan agressieve of misleidende handelspraktijken.

Voorstel

De Europese Commissie heeft voorgesteld om de uitzondering van huur en lease te schrappen. Private lease komt dan onder de reikwijdte van de Europese richtlijn consumentenkrediet (‘de richtlijn’) te vallen. Dit zou tot gevolg hebben dat de wettelijke waarborgen zoals die nu al gelden voor consumptief krediet ook voor privateleasecontracten gaan gelden. Aanbieders van zulke producten zullen zich dan moeten houden aan onder meer informatieverplichtingen en zich moeten inzetten om overkreditering bij consumenten te voorkomen door middel van het uitvoeren van een kredietwaardigheidstoets. Het gevolg van het onder de reikwijdte brengen van huren of leasen van een object is dat consumenten meer bescherming genieten, zodat zij een huur- of leaseovereenkomst op verantwoorde wijze af kunnen sluiten.

Proportioneel

Met het richtlijnvoorstel plaatst de Europese Commissie alle vormen van leaseovereenkomsten onder de reikwijdte van de richtlijn. Het kabinet is in beginsel positief om huren en leasen onder de reikwijdte van de richtlijn te plaatsen. Wel vindt het kabinet het belangrijk dat er een op risico’s gebaseerde afbakening is met oog voor consumentenbescherming enerzijds en proportionaliteit en toegankelijkheid tot leasing anderzijds. Dat betekent dat het kabinet ernaar streeft om leasecontracten met weinig risico’s niet onder het regime van de richtlijn te brengen en leasecontracten met hoge risico’s voor consumenten onder het regime te laten vallen. De risico’s zien daarbij op het ‘vast komen te zitten’ van de consument, door bijvoorbeeld een lange opzegtermijn, een forse beëindigingsboete of een ontstane mate van afhankelijkheid bij de consument aan de aanbieder. Aan de andere kant is een leaseovereenkomst waarbij het de consument vrij staat om, met inachtneming van een korte opzegtermijn, vrijwel kosteloos en gedurende de looptijd de overeenkomst te kunnen ontbinden, minder risicovol. Ik ben daarom van mening dat zowel naar de voorwaarden voor afsluiting van dergelijke overeenkomsten alsmede naar de voorwaarden voor ontbinding kan worden gekeken.

Van tafel?

Uit de eerste raadsonderhandelingen blijkt dat een meerderheid van de lidstaten geen voorstander is om leaseovereenkomsten onder de reikwijdte van de richtlijn te plaatsen omdat zij huren en leasen niet zien als een kredietvorm en de richtlijn consumentenkrediet dus ook niet als een geschikt instrument zien om eventuele risico’s voor consumenten te mitigeren. Verder is er nog geen eenduidige Europese definitie van leaseovereenkomsten, wat het vraagstuk complex maakt.

3 typen plafonds

Deze leden constateren dat de Europese Commissie tevens voorstelt om lidstaten te verplichten een kostenplafond voor krediet vast te stellen. Hoe kan worden voorkomen dat plafonds door kredietverstrekkers zijn te omzeilen door bijvoorbeeld extra, separate kosten in rekening te brengen die buiten het rentetarief vallen?
In het richtlijnvoorstel zijn in artikel 31 drie typen plafonds opgenomen voor de kosten van krediet: een plafond voor de rentevoet, een plafond voor het jaarlijks kostenpercentage (JKP) en een plafond voor de totale kosten van krediet. Het voorstel schrijft de lidstaten voor om een van deze plafonds in te voeren, voor zover een lidstaat nog geen wettelijk plafond heeft. Bij de twee laatstgenoemde plafonds bestaat er geen risico dat het plafond door kredietverstrekkers wordt omzeild omdat voorgeschreven is dat alle kosten voor de consument binnen het plafond moeten vallen. Dat risico bestaat wel bij een renteplafond; een kredietverstrekker zou – naast de rente – (eenmalig) extra kosten in rekening kunnen brengen. Het kabinet zal er daarom tijdens de onderhandeling voor pleiten dat een plafond voor de rentevoet niet een toereikende optie is.

BKR

Het Bureau Krediet Registratie (BKR) ziet dat betalingsachterstanden vaker voorkomen bij kredieten kleiner dan 1.000 euro dan bij kredieten groter dan 1.000 euro. Dit is opmerkelijk, want juist bij deze kleine kredieten is het maandbedrag laag; je zou juist verwachten dat mensen vaker in de problemen komen bij grotere kredieten met hogere maandbedragen.

Lease

Consumenten die op dit moment producten willen huren of leasen worden niet beschermd door de wettelijke regels zoals deze gelden voor het aanbieden van consumptief krediet. Met het richtlijnvoorstel beoogt de Commissie niet om de markt voor leasing te beëindigen, maar om de randvoorwaarden voor consumenten om op verantwoorde wijze een leaseovereenkomst af kunnen sluiten te verbeteren. Als leaseovereenkomsten onder het toepassingsbereik van de richtlijn vallen dan zijn aanbieders bijvoorbeeld verplicht om informatie te verstrekken die aan bepaalde eisen voldoet en een kredietwaardigheidstoets uit te voeren.

Consumenteninformatie

Het kabinet vindt goede informatievoorziening belangrijk, maar meer informatie is niet altijd beter. Uit gedragswetenschappelijk onderzoek blijkt dat informatieverstrekking een beperkt effect heeft omdat consumenten vaak intuïtief keuzes maken door een gebrek aan tijd, motivatie of parate kennis. Betere informatievoorziening is niet altijd de oplossing om consumenten beter te beschermen tegen de risico’s van het afsluiten van een krediet. Andere instrumenten, zoals een kredietwaardigheidstoets, kunnen in veel gevallen voor betere bescherming zorgen.

 

Bron: Rijksoverheid

Modules & dossiers

Opvoerdatum

03 mrt 2022

Laatst gewijzigd

03 mrt 2022

Reacties

Er zijn (nog) geen reacties op dit artikel

Reageren? Graag eerst inloggen.

Permanent Actueel met Fintool?

Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank en Helpdesk.
Lees verder

Fintool bv © 2003/2025. Alle rechten voorbehouden.
Lees graag de leveringsvoorwaarden en het privacy reglement.

1
1