Vergunningstelsels moeten op de schop

Het is moeilijk om een compleet beeld te geven van het woud van vergunningen, constateert de zogeheten Taskforce Vereenvoudiging Vergunningen in zijn eindadvies. De werkgroep trof 897 stelsels aan waar ondernemers mee te maken hebben, gebaseerd op 162 wetten. In toenemende mate gaat het hierbij om Europese voorschriften, hoewel nog 60 procent van nationale bodem is. Het totaal aantal vergunningaanvragen ligt boven de 2 miljoen per jaar.

De regelzucht werkt verlammend voor het bedrijfsleven. Langdurig vooroverleg, het moeten indienen van overbodig gedetailleerde informatie en langdurige bezwaar- en beroepsprocedures hebben een negatief effect op het snel starten van geplande activiteiten, zo blijkt. De werkgroep plaatst daarbij wel de kanttekening dat ondernemers problemen soms aan zichzelf te wijten hebben doordat ze onvolledige informatie opsturen naar bevoegde instanties.

De totale kosten die de vergunningstelsels met zich meebrengen, schat de werkgroep op minstens 1,4 miljard euro. Naast het verlies van tijd en geld klagen bedrijven over de ondoorzichtigheid van de regels waaraan ze moeten voldoen. Slechts een kwart van de stelsels wordt als voldoende transparant beoordeeld. Dat ondernemers vaak meerdere vergunningen voor één activiteit nodig hebben, maakt de situatie er niet overzichtelijker op.

De werkgroep komt met tien aanbevelingen die de frustrerende uitwerking van de vergunningstelsels het hoofd moeten bieden. Zo moeten de kosten omlaag en dienen er 'prikkels' te komen die termijnoverschrijdingen door de overheid voorkomen. Ook wil de werkgroep de vergunningverlening deels uitbesteden aan gespecialiseerde organisaties omdat decentrale overheden er onvoldoende raad mee weten. Verder zou onder meer uitgebreider gebruik van ict moeten worden gemaakt.

Staatssecretaris Van Gennip, die het rapport vandaag naar de Kamer heeft gestuurd, spreekt van een 'stimulerend advies'. Het kabinet streeft ernaar om voor Prinsjesdag met een reactie te komen, aldus de bewindsvrouw.

Bron: Sdu - Overheidsinformatie  (23 juni 2005)