Iedere appartementseigenaar betaalt aan de VvE maandelijks een bedrag aan servicekosten. Uit de servicekosten betaalt de VvE de jaarlijkse kosten zoals de opstalverzekering, de schoonmaak en verlichting van de gemeenschappelijke ruimten. De servicekosten zijn echter ook bedoeld om het groot onderhoud te betalen zoals het schilderwerk, het vernieuwen van het dak of het vervangen van de liftinstallatie. Voor deze en andere grote kosten moet de VvE vanaf 1 mei 2008 een reservefonds aanleggen.
Hoeveel geld in het reservefonds moet zitten, geeft de wet niet aan. Afhankelijk van de huidige onderhoudstoestand zal het reservefonds hoger of lager moeten zijn. In een appartementengebouw dat dertig jaar oud is, zijn eerder grote onderhoudskosten te verwachten dan in een nieuw gebouw. Bij een nieuw gebouw zal met een lager (maandelijks) bedrag gestart kunnen worden dan wanneer op korte termijn een renovatie noodzakelijk is. De opbouw van het reservefonds hangt dus onder andere af van de staat van het gebouw en de materialen die zijn gebruikt.
Het aandeel dat de appartementeigenaar vanuit de servicekosten in het reservefonds stort, is niet opeisbaar maar telt wel mee voor de belasting in box 3. Het aandeel in het reservefonds is afhankelijk van de grootte van het appartement. Bij verkoop van het appartement, is in de verkoop ook het aandeel in het reservefonds begrepen. De notaris vraagt dan voor de koper bij de VvE na wat het bedrag is van het aandeel in het reservefonds.
Er is overigens geen sanctie op het niet houden van een reservefonds. Mogelijk wil een koper van een appartement een lagere prijs betalen als het reservefonds niet of met een beperkt bedrag gevuld is.
Bron: Netwerk Notarissen Nieuwsbrief, 29-02-2008
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99