Wft pensioenverzekeringen
Per 1 januari 2012 wordt de vergunning Wft pensioenverzekeringen geïntroduceerd. Kantoren die op 1 januari 2012 beschikken over de vergunning Wft levensverzekeringen komen in aanmerking voor een overgangsregeling. Deze kantoren moeten vóór 1 februari 2012 bij de AFM melden de vergunning Wft pensioenverzekeringen te gaan aanvragen. Zij moeten ook vóór 1 juli 2012 aan de AFM een betalingsbewijs zenden waaruit blijkt dat zij hebben ingetekend voor een opleiding, examen of EVC procedure in het kader van de deskundigheids- en vaardigheidseisen Wft pensioenverzekeringen. Deze kantoren hebben vervolgens tot 1 januari 2014 de tijd om hun deskundigheid te verwerven en aan te tonen. Zij mogen dan tot die tijd tweedepijler pensioenregelingen, inclusief DGA, adviseren en beheren.
Misbruik
Deze overgangsregeling is niet bedoeld voor kantoren die niet van plan zijn de nieuwe vergunning Wft pensioenverzekeringen aan te vragen. De AFM zegt verontrustende signalen te krijgen dat opleidingen worden aangeboden die vooral als doel lijken te hebben om adviseurs een inschrijf- en betaalbewijs te verschaffen. De AFM zet haar vraagtekens bij de kwaliteit van deze opleidingen.
De AFM ziet deze opleidingen als signaal dat een financieel dienstverlener met deze opleiding mogelijk niet de juiste inspanning gaat doen om de kwaliteit van zijn dienstverlening op het gebied van pensioenverzekeringen op het gewenste niveau te krijgen. Deze signalen neemt de AFM mee in haar toezicht op pensioenadviseurs. “Bent u daadwerkelijk van plan om regelmatig pensioenadvies te blijven geven en u aan te melden voor het overgangsregime, dan vragen wij u kritisch te zijn op de kwaliteit van uw pensioenopleiding”, eindigt de AFM haar waarschuwing.
D & O
Bureau D & O beschrijft de volgende constructies om tot 2014 te blijven adviseren:
1) Er wordt een syllabus pensioenverzekering te koop aangeboden. Een kantoor dat deze syllabus koopt, kan voor 1 juli 2012 aan de AFM een betalingsbewijs laten zien. Vervolgens kan tot 2014 worden volgehouden dat de syllabus serieus wordt bestudeerd. Om in december 2013 te berichten dat het allemaal toch iets te moeilijk was en afgezien wordt van het doen van een examen. Op die manier is twee jaar provisie veiliggesteld over de lopende portefeuille en kunnen, mits de aanbieder hieraan meewerkt, zelfs nog nieuwe posten worden afgesloten.
2) Een andere constructie is dat een opleiding wordt aangeboden voor een extreem laag bedrag. Ook hier vindt tijdig betaling plaats en wordt op die manier door de financieel dienstverlener ‘extra tijd’ gekocht om in het pensioenvak actief te zijn.
3) Een derde constructie is om de adviseur te laten intekenen op een opleiding van meerdere dagen, maar vervolgens restitutie te verlenen op het moment dat de adviseur na de eerste dag ‘verhinderd’ is de resterende dagen te volgen.
Bureau D & O signaleert misverstanden over de nieuwe deskundigheidseisen pensioenverzekeringen. Op dit moment gelden voor het adviseren van tweedepijler pensioenverzekeringen de wettelijke advieseisen zoals geformuleerd in artikel 4:23 Wft (zie leidraad pensioenadvisering). De eisen gelden dus nu al. En de AFM houdt op dit moment al toezicht op correcte naleving van deze eisen. Er zijn al meerdere boetes opgelegd aan kantoren die niet conform deze regels adviseren op het gebied van pensioenverzekeringen.
De regels rondom de vergunning Wft pensioenverzekeringen hebben alleen betrekking op de vraag welke personen mogen adviseren en bemiddelen in pensioenverzekeringen en over welke minimale kennis en vaardigheid deze personen moeten beschikken. De wettelijke eisen zelf veranderen echter niet. Diegenen die nu adviseren of bemiddelen moeten ook nu al aan deze inhoudelijke eisen ten aanzien van adviseren en bemiddelen van tweedepijler pensioenverzekeringen voldoen.
Uiterlijk per 1 juli 2012 heeft de AFM van elke financieel dienstverlener die aangeeft zich te bekwamen op het gebied van pensioenverzekeringen een betalingsbewijs. Hetzij van een exameninstelling, EVC of ‘opleidingsinstelling’. De AFM heeft inmiddels een goed beeld van de organisaties die kantoren faciliteren die via een ontwijkconstructie extra advies- en bemiddelingstijd kopen zonder serieus van plan te zijn zich de noodzakelijke kennis en vaardigheid eigen te maken. De AFM geeft nu aan in haar toezicht extra aandacht te gaan geven aan deze kantoren. Dat is vrij simpel. Immers per kantoor is bekend op welke wijze zij hun deskundigheid gaan verwerven. De kopers van bijvoorbeeld enkel een syllabus of een niet serieus te nemen opleiding zijn voor de AFM makkelijk uit het bestand te filteren.
De gedachte is dan dat er een grote kans bestaat dat deze kantoren niet daadwerkelijk het voornemen hebben om de noodzakelijke kennis te verwerven. Indien vervolgens bij deze kantoren onderzoek wordt gedaan naar de wijze waarop deze kantoren in de afgelopen periode op het gebied van tweedepijler pensioen hebben geadviseerd dan is de kans groot dat zal blijken dat zij niet hebben voldaan aan de geldende wettelijke advieseisen. De mededeling van de AFM kan niet anders worden verstaan dan dat er rekening mee moet worden gehouden dat indien in die situatie gebreken worden geconstateerd door de financieel dienstverlener op weinig compassie van de AFM mag worden gerekend.
Bronnen: D & O, AFM, 27-12-2011
Fintool
info@fintool.nl
085 111 89 99