Op 24 december 2021 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de manier waarop vermogen in box 3 wordt belast in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Volgens de uitspraak mag alleen het werkelijk rendement op het vermogen worden belast.
Met deze wijzigingsregeling wordt invulling gegeven aan een eerder aangenomen motie om de subsidie voor zonnewarmte-installaties gelijk te trekken met die voor hybride warmtepompen in de ISDE-regeling.
In dit besluit worden enkele beleidsbesluiten ingetrokken. De besluiten hebben hun belang verloren door wetswijziging of omdat er bijvoorbeeld sprake is van een interne werkinstructie, tijdsverloop of jurisprudentie.
Sinds 1 april 2021 geldt voor toepassing van de startersvrijstelling in de overdrachtsbelasting een woningwaardegrens. Deze houdt in dat het totaal van de waarde van de woning of rechten waaraan deze is onderworpen en tot die woning behorende aanhorigheden niet hoger mag zijn dan thans € 400.000. Het UB BRV bepaalt dat onder het begrip «waarde» in de zin van die woningwaardegrens moet worden verstaan de waarde per verkrijging eventueel vermeerderd of verminderd met in de WBR genoemde elementen.
Aan de hand van de Wet van 13 oktober 2021 tot wijziging van de Wet arbeid en zorg, de Wet flexibel werken en enige andere wetten in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/1158 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende het evenwicht tussen werk en privéleven voor ouders en mantelzorgers en tot intrekking van Richtlijn 2010/18/EU van de Raad (PbEU 2019, L 188) (Wet betaald ouderschapsverlof) zijn een aantal wijzigen doorgevoerd.
De verordening en de richtlijn vormen tezamen het nieuwe prudentieel kader voor beleggingsondernemingen. Beleggingsondernemingen vielen voorheen, net als banken, voor wat betreft de prudentiële regels en het toezicht daarop onder de verordening kapitaalvereisten en de richtlijn kapitaalvereisten.
In 2016 heeft belanghebbende een aannemingsovereenkomst gesloten met een aannemer voor de bouw van een appartement. Zij heeft een bedrag voor het betalen van de bouwtermijnen op een spaarrekening apart gezet.
Als gevolg van de implementatie van de richtlijn wordt met dit besluit voorzien in wijzigingen van het Besluit prudentiële regels Wft (hierna: Bpr) en het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector (hierna: Bbbfs).
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.