11 sep 2018 Nieuws

Twee keer kort geding met vordering doorhaling BKR-registratie

In 2 kort gedingen hebben kopers van een woning de rechter gevraagd een BKR codering te laten verwijderen, daar deze de koop belemmerde van een nieuwe woning. Vanwege de resterende termijn van het financieringsvoorbehoud is een kort geding aangespannen tegen de kredietaanbieder die de betalingsachterstand(en) heeft geregistreerd bij het BKR.
  • Dagelijkse e-mail nieuwsbrief
  • Kennisbank met 1000+ artikelen
  • Rekenmodellen en downloads
  • Persoonlijk archief
  • Inclusief Permanent Actueel module!!

Rechtzaak 1

Belanghebbende heeft in 2013 een ongeoorloofde debetstand gehad. De schuld bedroeg, inclusief rente, ongeveer € 1.600,-. Nadat deze schuld door kredietverstrekker was opgeëist, afgeboekt en overgedragen ter incasso aan een deurwaarder, heeft [eiser] de schuld in 2015 en 2016 afgelost met deelbetalingen waarvan de laatste is gedaan in augustus 2016.
betreft de coderingen A, 2 en 3 in het Centraal Krediet Informatiesysteem (CKI). Het gaat dan om (kort gezegd) een betalingsachterstand waarbij de vordering is opgeëist en een bedrag van € 250,- of meer is afgeboekt. De vermelding van deze coderingen eindigt op 18 augustus 2021.

[eiser] heeft in april 2018 een koopovereenkomst gesloten voor een nieuwe woning. Hij stelt dat hij geen hypotheek blijkt te kunnen krijgen vanwege de BKR-registratie.

Afwegingen

Onbetwist is dat deze coderingen destijds terecht zijn vermeld.

Daar staat tegenover dat aannemelijk is geworden dat de betalingsachterstand is ontstaan als gevolg van het feit dat [eiser] eind 2012 slachtoffer is geworden van een mishandeling, waarbij hij ernstige verwondingen heeft opgelopen en waarvan hij psychische gevolgen (een angststoornis) heeft ondervonden. In die periode is hij zijn baan kwijtgeraakt en is de debetstand ontstaan evenals schulden bij andere crediteuren. Er was dus wel sprake van een problematische schuldsituatie maar de oorzaak daarvan is niet volledig aan [eiser] te wijten.

Verder heeft de aflossing van de schuld geruime tijd gevergd, maar inmiddels zijn sinds de laatste betaling bijna twee jaar verstreken. In die twee jaar is een stabielere situatie ontstaan. [eiser] is voor zijn angststoornis behandeld met een goed resultaat. Hij en zijn vriendin hebben thans beiden een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd en een gezamenlijk bruto inkomen van ongeveer € 55.000,- per jaar, exclusief overwerk- en onregelmatigheidstoeslagen. Zij hebben geen schulden en ongeveer € 10.000,- aan spaargeld. Het risico op herhaling kan dan ook als gering worden aangemerkt.

De beslissing

De voorzieningenrechter veroordeelt de kredietverstrekker om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis de (bijzonderheids)coderingen A, 2 en 3, in het CKI te (doen) verwijderen.

Rechtzaak 2

[eiseres] heeft een betaalrekening met een kredietmogelijkheid gehad bij kredietverstrekker waarop in 2014 een ongeoorloofde debetstand is ontstaan. Niet in geschil is dat deze schuld door kredietverstrekker is opgeëist, intern afgeboekt en overgedragen ter incasso aan X, en dat [eiseres] de schuld heeft afgelost met deelbetalingen waarvan de laatste is gedaan in november 2017. De schuld bedroeg, inclusief rente, ongeveer € 2.700,-.
De vermelding van de coderingen eindigt op 27 november 2022.

Terechte registratie

Bij de beoordeling is in de eerste plaats van belang dat de gebeurtenissen waarop de coderingen zien (de ontstane achterstand, het opeisen van de schuld en de uiteindelijke betaling daarvan) zich daadwerkelijk hebben voorgedaan. Onbetwist is dan ook dat de registratie en de daarbij gehanteerde coderingen destijds op zichzelf terecht zijn gedaan.

Aannemelijk is echter dat de betalingsachterstand is ontstaan als gevolg van tijdelijke werkloosheid van de partner van [eiseres] en het wegvallen van zijn inkomen. Dit heeft niet alleen de onderhavige debetstand doen ontstaan, maar ook schulden bij andere crediteuren. Toentertijd was dus inderdaad sprake van een problematische schuldsituatie, maar de oorzaak daarvan is niet (volledig) aan [eiseres] te wijten. Gezien deze context was sprake van incidentele schulden en is structurele wanbetaling door [eiseres] niet aan de orde.

Hoge huur

[eiseres] heeft een rechtens te respecteren belang bij om een koopwoning te kunnen aanschaffen. Zij bewoont nu een huurwoning met relatief hoge lasten en wil graag met haar gezin een nieuwe start maken in een koopwoning, waarvoor het nieuwbouwproject in Den Haag een unieke kans biedt. Hiermee heeft zij bij de doorhaling van de BKR-registratie een voldoende belang.

De beslissing

De voorzieningenrechter veroordeelt kredietverstrekker om de registratie van [eiseres] in het CKI van het BKR ten aanzien van contractnummer [nummer] binnen drie dagen na de betekening van dit vonnis te (doen laten) verwijderen.

 

Bron: Rechtspraak.nl

Downloads

Downloads zijn alleen beschikbaar voor abonnees. Log graag in of neem een abonnement.

Rubrieken

Dossiers

Opvoerdatum

11 sep 2018

Laatst gewijzigd

11 sep 2018