Bij het aflopen van de rentevastperiode van een hypotheek is het belangrijk dat consumenten duidelijke en volledige informatie krijgen over onder meer de hoogte van de rente en de mogelijkheid om financieel advies in te winnen. Ook is het wenselijk dat consumenten informatie krijgen over de mogelijke gevolgen van een lagere hypotheekrente voor de opbouw van de spaarpot bij een (bank)spaarhypotheek.
Veel huiseigenaren hebben voor de hypotheekrenteaftrek een voorlopige teruggave (2014) ingevuld, of is deze voorlopige teruggave op basis van de gegevens van 2013 door de Belastingdienst verlengd.
Ten opzichte van 2013 zal in veel gevallen de teruggave lager uitvallen.
Huizenbezitters met een gedaald inkomen of met een hypotheek die ‘onder water’ staat, zitten met hun hypotheek vaak vast aan hun huidige bank. Overstappen naar een andere bank lukt meestal niet omdat de nieuwe bank de ‘overstapper’ weigert. Autoriteit Consument & Markt (ACM) constateert dat huizenbezitters in dit soort gevallen bij hun huidige bank niet slechter af zijn. Er zijn in Nederland naar schatting honderdduizenden huizenbezitters die niet of heel moeilijk kunnen overstappen.
In 2011 heb ik een KEW (spaarhypotheek) gesloten met een doelkapitaal van €180.000 en een looptijd van 20 jaar. Daarnaast nog €70.000 aflossingsvrije hypotheek. Bij aanvang is er een hoog/laag storting gedaan met een bandbreedte van 1:10. Over 8 jaar zal de rente herzien worden.
Het idee was oorspronkelijk bij een gestegen hypotheekrente de KEW te verhogen door middel van omzetting van het aflossingsvrije deel, zodat binnen de bandbreedte gebleven wordt. Nu is het verhogen van een KEW niet meer mogelijk, maar verlaging van het doelkapitaal bij een gestegen rente is ook geen optie vanwege de bandbreedte. Mogelijke oplossing?
Antwoorden van minister Blok (Wonen en Rijksdienst) en minister Dijsselbloem (Fin) op de vragen van de Kamerleden Monasch en Albert de Vries (beiden PvdA) over de kosten van een hypotheek in krimpgebieden.
Huizenkopers hoeven niet geconfronteerd te worden met een hogere hypotheekrente door de hervorming van de Nationale Hypotheekgarantie (NHG). Dat zei Edward Feitsma, hoofd toezicht Consumentenzaken en Financiële Markten van de Nederlandse Vereniging van Banken vorige week in de Telegraaf.
De NOS stelt dat de grote Nederlandse banken niet van plan zijn in de toekomst in bepaalde regio’s een afwijkende hypotheekrente te vragen.
De Telegraaf schreef vorige week dat NVM-voorzitter Ger Hukker het logisch vindt dat banken een hogere rente gaan vragen in gebieden waar het minder goed gaat op de huizenmarkt. Dat geldt bijvoorbeeld voor Oost-Friesland, Noordoost-Groningen, Duiven-Westervoort en Doetinchem.
Minister Dijsselbloem van Financiën geeft aan dat hypotheekaanbieders zelf bepalen of zij eventuele lage financieringskosten door berekenen in een lagere hypotheekrente. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) is een studie gestart naar mogelijkheden voor verbetering van de marktwerking in de bancaire sector.
Er zijn nauwelijks regels voor de wijze waarop een van de belangrijkste financiële benchmark, de LIBOR-rente, wordt bepaald. En dat is verbazingwekkend, aldus Henk Nijboer, financieel woordvoerder van de PvdA. De LIBOR-rente is de rente die banken aan elkaar rekenen op de financiële markt in Londen. Ze bepalen (mede) het tarief van een hypotheek en de spaarrente in Nederland. Nijboer stelt dat de procedure rondom de totstandkoming van de LIBOR-rente aan alle kanten rammelt en heeft hierover Kamervragen gesteld.
De hypotheekrente is de afgelopen tijd fors gedaald. Voor hypotheken met een rentevaste periode van twee, drie, vier of vijf jaar stond de rente in mei gemiddeld op 3,64 procent, blijkt uit cijfers van DNB. Alleen in de zomer van 2005 was de rente ook zo laag. Begin 2012 stond deze rente nog op 4,42 procent, meldt de NOS.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.