Zorgplicht Adviseur. De Commissie stelt vast dat Consument over de gevolgen van de omzetting van de Spaarhypotheek in onvoldoende mate is geadviseerd en hiermee niet heeft voldaan aan de op hem rustende zorgplicht. Uit de informatiebrief en de bijbehorende brochures blijkt niet (expliciet) dat het gegarandeerde eindkapitaal komt te vervallen indien Consument ervoor kiest (een deel van) het spaarsaldo en de toekomstige premies te gaan beleggen. In tegenstelling tot hetgeen Adviseur stelt, is evenmin gebleken dat Consument aan de verstrekte polisaanhangels had moeten begrijpen dat niet meer dan het spaar- en beleggingssaldo wordt uitgekeerd bij leven op de einddatum. De Commissie wijst de vordering toe.
De Commissie van Beroep is net als de Geschillencommissie van oordeel dat de in art. 7:980 lid 1 BW opgenomen termijn van “ten minste één maand” niet gelijkgesteld kan worden met een termijn van dertig dagen.
Een geldverstrekker heeft afgeweken van zijn eigen acceptatienormen qua toetsrente. Volgens Kifid was er een voorzienbaar reëel risico dat na afloop van de rentevaste periode de rentelasten aanmerkelijk zouden stijgen en (ruim) buiten de woonquote zouden vallen.
Bij de beoordeling van de verplichtingen inzake het hersteladvies spelen behalve de overeenkomst tussen partijen en de civiele wet- en regelgeving ook publiekrechtelijke regels een rol. Aangezien deze regels niet rechtstreeks van toepassing zijn, houdt een schending van deze regels niet automatisch in dat sprake is van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de verplichtingen van de financieel dienstverlener jegens de consument.
Door de tegenvallende duur en opbrengst van de verkoop van de oude woning ontstonden dubbele lasten en een lagere overwaarde. De huiseigenaar stelt de hypotheekadviseur aansprakelijk en is in hoger beroep gegaan. De huiseigenaar stelt dat de hypotheekadviseur "... onrechtmatig want in strijd met de zorgplicht dan wel in strijd met de tussen partijen gesloten overeenkomsten dan wel in strijd met hetgeen betamelijk is handelden jegens huiseigenaar...".
Consument verwijt de Adviseur dat hij Consument niet geadviseerd heeft zijn oude overlijdensrisicoverzekering te beëindigen op het moment dat hij zijn hypothecaire lening afloste en in het kader van het afsluiten van een nieuwe hypothecaire lening een nieuwe overlijdensrisicoverzekering afsloot.
In de kern ziet de klacht van Consument op de schending van de zorgplicht van aanbieder en overkreditering bij de creditcardovereenkomst. De creditcard van Consument beschikte niet over een zogeheten ‘Gespreid Betalen Faciliteit’.
Een consument laat zijn vermogen, bedoeld voor pensioen, beheren door een vermogensbeheerder. In de periode najaar 2014-zomer 2015 lijdt de consument verliezen op zijn beleggingsportefeuille. Hij beëindigt de relatie met de vermogensbeheerder en het belegd vermogen wordt geliquideerd.
Volgens Rechtbank Overijssel is een hypotheekadviseur bij de uitvoering van de opdracht toerekenbaar tekortgeschoten jegens consument. Als gevolg van die tekortkoming zijn de werkzaamheden van de hypotheekadviseur in het geheel niet bruikbaar gebleken.
Consument heeft ook betwist dat er een adviesrapport aan hem is uitgebracht.
Als professioneel financieel adviseur moet en wilt u bijblijven en dat het liefst in zo weinig mogelijk (kostbare) tijd. Dat kan nu met Fintool.nl! Meld u nu aan als abonnee en krijg direct toegang tot de Kennisbank.